e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heers

Overzicht

Gevonden: 2718
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
fokmerrie kweekmerre: kwikmęrǝ (Heers), veulensmerre: vø̄.lǝsmęrǝ (Heers) Een merrie geschikt voor de kweek of die één of meer veulens gehad heeft. Een kweekmeer werkt niet (Q 168), terwijl een veulensmeer ook in de kar loopt (Q 77). In tegenstelling tot een veulensmeer is een kweekmeer gewoonlijk drachtig. Kleinere boeren zorgen ervoor een veulensmeer te hebben, die jaarlijks een veulen werpt, waardoor elk jaar een aanspanner ter beschikking staat. [JG 1a, 1b; N 8, 50b] I-9
fokzeug kweekzoog: kwiksou̯.x (Heers) Zeug die men houdt om biggen te winnen. [JG 1a, 1b; N M, 22 add.; monogr.] I-12
fortuin maken fortuin maken: Diejə mok nog fərtuun (Heers), Hiejə mok nog fərtuun (Heers), iə git fərtyn mòəkə (Heers), iə zal fərtyn mòəkə (Heers) Fortuin. [ZND 35 (1941)] III-3-1
framboos framboos: framboͅus (Heers) framboos [ZND 34 (1940)] I-7
franciscaan monnebroeder: monnebruur (Heers) Een Franciscaan of Minderbroeder [bruine pater, de Broune, Minnebroor, broene paater]. [N 96D (1989)] III-3-3
franje fronjel: frōanjels (Heers) bedsprei met franjes [ZND 23 (1937)] III-1-3
frankrijk frankrijk: Viejə zen in Vrânkrək gəwes (Heers), viə həbə en vrankrɛk gəzotə (Heers) Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)] III-3-1
fruit, ooft fruit: freut (Heers) [ZND 05 (1924)] I-7
futloze jongen lomperik: da nə lòmpərik (Heers) Dat is een lummel (futloze kerel). [ZND 37 (1941)] III-1-4
gaan gaan: guoən (Heers) gaan [ZND A2 (1940sq)] III-1-2