e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Helchteren

Overzicht

Gevonden: 2274
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gereedschap waarmee men de darmen schoonmaakt schrabber: sxrabǝr (Helchteren) Behalve de voorafgenoemde gereedschappen ''mes'', ''lepel'', ''balein'' en ''(haar)speld'' (zie de desbetreffende lemmata) gebruikt men nog verschillende andere middelen om de darmen schoon te maken. In ieder geval moeten de voorwerpen bot zijn, omdat een scherp gereedschap de darm gemakkelijk zal beschadigen. [N 28, 118] II-1
gerieflijk gerieflijk: e geriefelik hous (Helchteren) Gerieflijk huis. [ZND 35 (1941)] III-1-4
gerst gerst: gɛrst (Helchteren) Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.] I-4
gesneden mannelijk varken berg: bɛ.rǝx (Helchteren), bɛrx (Helchteren) Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12] I-12
getrouwde vrouw getrouwde vrouw: chətraowdə vraow (Helchteren) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
gevaarlijk perikel: met vùur spelen is perêkel (Helchteren) Met vuur spelen is gevaarlijk. [ZND 37 (1941)] III-1-4
gevaarlijke kerel gevaarlijk: des ne geveurlike kêrel (Helchteren) Dat is een gevaarlijke kerel. [ZND 37 (1941)] III-1-4
gevel gevel: geͅi̯vəl (Helchteren) een schoone gevel [ZND 35 (1941)] III-2-1
geven geven: geəvn (Helchteren) geven [ZND A1 (1940sq)] III-1-2
gewone spurrie spurrie: spø̜rǝx (Helchteren) Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.] I-5