33741 |
elektrische draadafrastering |
elektriek:
elǝntrek (Q187a Heugem)
|
Afrastering met onder elektrische stroom staande prikkeldraad of gladde ijzerdraad. [N M, 6a]
I-8
|
23713 |
engel des heren |
engel des heren:
engel des heren (Q187a Heugem)
|
Het "Engel des Heren"of "Angelus", het gebed bij het Angelus-luiden. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
17775 |
enkel |
enkel:
inkel (Q187a Heugem),
ìnkəl (Q187a Heugem)
|
enkel [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
23608 |
epistel |
epistel (<lat.):
t epistel (Q187a Heugem)
|
De eerste lezing, het epistel [t/dn epistel, epiestel?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
33610 |
erf |
goed:
gōt (Q187a Heugem),
hof:
hō.f (Q187a Heugem),
mestem:
meͅstəm (Q187a Heugem)
|
I-7
|
33641 |
erf en omliggende landerijen |
grote hof:
grutǝn hōf (Q187a Heugem)
|
De algemene benaming voor het boerenerf met de omliggende landerijen. [N 5AøIIŋ, 76f; L 38, 23]
I-8
|
23610 |
evangelie |
evangelie:
t evangelie (Q187a Heugem)
|
De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
32843 |
evenaar, tweespanszwenghout |
warsel:
wē̜(ǝ)ršǝl (Q187a Heugem)
|
De balans of het dubbele zwenghout is het dwarse verbindingsstuk tussen een (zwaar) akkerwerktuig en de beide zwenghouten van een tweespan. Zie afb. 99. Bij de betrokken woordtypen hieronder is in (d)wars e.d. steeds de a als klinker aangehouden, ook al beantwoordt aan de dialectvarianten meestal een type met e (dwerg e.d.) of ee (dweers e.d.). Voor het ''...''-gedeelte van sommige varianten zij verwezen naar het lemma ''zwenghout''. De daar onderscheiden typen eegdhaam, eeghaam, eghaam en hun varianten zijn in dit lemma door ''eghaam'' resp. ''eghaam'' gesubstitueerd. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; N 11, 34b; N 11A, 104; N 13, 87 add.; N 17, 69b add.; div.; monogr.]
I-2
|
23615 |
feestpredicatie |
feestpreek:
feespréék (Q187a Heugem)
|
Een feestpredikatie. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21127 |
fiets |
fiets:
fiets (Q187a Heugem)
|
Wat is de dialectbenaming voor een rijwiel in het algemeen [N 99 (1991)]
III-3-1
|