e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L292p plaats=Heythuysen

Overzicht

Gevonden: 3558
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
cement cement: sǝmęnt (Heythuysen) Een snel verstenend bindmiddel, doorgaans in poedervorm, dat ontstaat door vermenging van kalk- en leemhoudende stoffen die onder hoge temperatuur versinterd zijn. Het bezit de eigenschap door toevoeging van water zowel onder water als aan de lucht te verharden. [N 30, 35a; N 30, 35b; monogr.] II-9
cementen strekel streek: [streek] (Heythuysen) Houten lat van ongeveer 40 cm., waarop aan beide zijden een laagje cement (amaril) is aangebracht. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en afbeelding 9, nummer 4. Waar het woord(deel) streek of strekel identiek is aan de opgave voor "strekel" in dezelfde plaats, wordt door middel van de notatie (streek) of (strekel) voor de fonetische documentatie verwezen naar het lemma ''strekel''. [JG 1a, 1b; add. uit N 18, 80 en 82] I-3
cementmortel cementspijs: sǝmęnt[spijs] (Heythuysen), fijnschicht: fīnšext (Heythuysen) Mortel, bestaande uit cement en zand. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(mortel)', '-(spijs)', etc. het lemma 'Mortel'. [N 30, 37e; monogr.] II-9
cent cent: cent (Heythuysen) cent, een ~ [ook oudere woorden als sans?] [N 21 (1963)] III-3-1
centiem centiem: Opm. vóór 1914 werd dit woord gebruikt (= halve cent).  centiem (Heythuysen) koperen munt van 1 centiem [N 21 (1963)] III-3-1
cervelaatworst droogworst: drûûgworst (Heythuysen) droogworst [N 06 (1960)] III-2-3
cichorei cichorei: sichóórij (Heythuysen, ... ), sikkeren (Heythuysen), sokkerij: sŏkkeren (Heythuysen), suikerij: sikkeren (Heythuysen), sŏkkerei (Heythuysen) cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)] I-7, III-2-3
cirkel, kring ring: rink (Heythuysen, ... ) de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)] III-4-4
cocon pop: pop (Heythuysen, ... ), pòp (Heythuysen, ... ), prop: prop (Heythuysen) cocon [DC 18 (1950)] || Hoe noemt u een vlinder in omhulsel [N 83 (1981)] || pop, coconrups [DC 18 (1950)] III-4-2
colbertjasje korte jas: korte jas (Heythuysen) colbertjasje, (korte) jas van een kostuum [N 23 (1964)] III-1-3