| 34025 |
jong van een rund |
kalf:
kalf (P188p Hoepertingen)
|
[N 3A, 4]
I-11
|
| 34314 |
jong varken |
kurre:
kyrǝ (P188p Hoepertingen),
kørǝ (P188p Hoepertingen)
|
Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.]
I-12
|
| 34398 |
jong vrouwelijk schaap tot ongeveer een half jaar |
ooi:
ō (P188p Hoepertingen)
|
[N 77, 5]
I-12
|
| 34551 |
jonge gans |
jonge gans:
juŋ gās (P188p Hoepertingen)
|
De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.]
I-12
|
| 34481 |
jonge kip |
pul:
pøl (P188p Hoepertingen)
|
Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.]
I-12
|
| 20159 |
jongen |
jong:
jong (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen),
joong (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen),
joung (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen),
jung (P188p Hoepertingen),
kind:
kéjnt (P188p Hoepertingen),
langbeens:
langbés (P188p Hoepertingen)
|
grote (opgeschoten) jongen [ZND 11 (1925)] || jongen [ZND 11 (1925)] || jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)]
III-2-2
|
| 20365 |
jongen met wie een meisje verkering heeft |
vrijer:
vrijer (P188p Hoepertingen)
|
de jongen met wie men verkering heeft [caprice, flip, vrijer] [N 115 (2003)]
III-2-2
|
| 18582 |
jongensondergoed |
jongensondergoed:
jongesondergoed (P188p Hoepertingen)
|
Jongensondergoed, jongenshemd [N 114 (2002)]
III-1-3
|
| 20334 |
jongste kind |
ponnetje:
pauneke (P188p Hoepertingen),
paunəkə (P188p Hoepertingen),
poeneke (P188p Hoepertingen)
|
jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)]
III-2-2
|
| 21335 |
jood |
jood:
jyt (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen),
ən joet, twee joedde (P188p Hoepertingen, ...
P188p Hoepertingen)
|
Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] || jood [ZND 01 (1922)] || Jood. [ZND 01 (1922)]
III-3-1, III-3-3
|