e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3596
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gestichte mis stichting: stiechting (Hoepertingen) Een gestichte H. Mis. [N 96B (1989)] III-3-3
getalzijde van een geldstuk kruis: kruis (Hoepertingen) de getalzijde van een geldstuk [letter, oppers, munt] [N 112 (2006)] III-3-2
getob; tobben gepijnig: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  gəpɛjn’x (Hoepertingen) gemartel [ZND 01 (1922)] III-1-4
getrouwde vrouw getrouwde vrouw: gətraowdə vrów (Hoepertingen) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuige zijn getuigen: getuige (Hoepertingen) getuige zijn bij een huwelijk [getuigen zijn, bronken] [N 115 (2003)] III-2-2
getuigen getuigen: gətoejgə (Hoepertingen) getuigen [ZND 01 (1922)] III-3-1
getuigrek tap: tap (Hoepertingen) Het zwaardere paardetuig wordt meestal opgehangen aan de muur aan een rek, zware stokken, haken, knuppels, balkjes etc. Het kan ook op een plank gelegd worden. De benamingen geven vaak aan om welke mogelijkheid het gaat. Benamingen die naar een kast of kist verwijzen, zijn overgeplaatst naar het lemma "getuigkast" (2.3.7). Zie ook dat lemma. [N 5A, 59e; add. uit N 13, 81] I-6
gevangenis prison (<fr.): Van Dale: prison (&lt;Fr.), (gew.) gevangenis.  prəs- (Hoepertingen) gevangenis [ZND 01 (1922)] III-3-1
gevel gevel: gēvəl (Hoepertingen), gii̯əvəl (Hoepertingen) een schoone gevel [ZND 35 (1941)] III-2-1
geven geven: gijəvə (Hoepertingen) geven [ZND A1 (1940sq)] III-1-2