e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoeselt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vreugde plezier: plezier (Hoeselt) een gevoel van blijdschap in het algemeen [plezier, lol, vreugd] [N 85 (1981)] III-1-4
vriend kameraad: kameroade (Hoeselt), kommeroat (Hoeselt), komərōͅət (Hoeselt) vriend of vriendin in het algemeen [kameraad, gespan, makker] [N 85 (1981)] || vriend(in) [RND] || vrienden [ZND 44 (1946)] III-3-1
vriendelijk vriendelijk: vrindĕlĕk (Hoeselt) welgezind tegenover andere mensen, vriendelijk [gemeen, braaf] [N 85 (1981)] III-1-4
vriesweer scherp weer: sjèrep weèr  šeͅrəp wēͅr (Hoeselt), vriesweer: vriesweer  vriswēͅr (Hoeselt), vriezen: vrieze (Hoeselt) vorst (vriesweer) [ZND 08 (1925)] || vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx kraken: kraaken  krōͅkə (Hoeselt), vriezen: vriezen  vrīzə (Hoeselt) vriezen [bieberen, bikken] [N 22 (1963)] III-4-4
vrijgezel jonkman: jonk man (Hoeselt) vrijgezel; ongehuwde man [patriara, wicht, vrijgezel] [N 86 (1981)] III-2-2
vroedvrouw wijsvrouw: wijsvróó (Hoeselt) vroedvrouw [ZND 08 (1925)] III-2-2
vroegmis eerste mis: də jöstə mis (Hoeselt), jèste mès (Hoeselt), vroegmis: vruchmès (Hoeselt), vrychmis (Hoeselt) De vroegmis [vreugmès, vreumes, vroemes?]. [N 96B (1989)] || vroegmis [RND] III-3-3
vrolijk goed gezind: goed gezint (Hoeselt) een opgeruimde, lichte, blijde stemming hebbend [vrolijk, herpsat, leutig] [N 85 (1981)] III-1-4
vrouw vrouw: vrō (Hoeselt), wijf: wɛ.if (Hoeselt) vrouw [RND], [RND] III-3-1