24519 |
wilgenteen |
wis:
wis (Q077p Hoeselt)
|
De tak, wijg van een wilg (wis, poot, sliet). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
19074 |
willen |
willen:
Mar.;: dit ww. komt niet voor in WBD 1.4; in deze lijst komt het gehele werkwoord ook niet voor! Niet gebruiken?
ig wil, gje wilt, hij wilt (Q077p Hoeselt)
|
ik wil, gij wil, hij wil ik wou, gij woudt, hij wou wil hij nu? wou hij gisteren? wou hij het maar doen! [ZND 08 (1925)]
III-1-4
|
17708 |
wind |
scheet:
sjiet (Q077p Hoeselt)
|
Wind: ontsnappende darmgassen, een buikwind (scheet, veest, poepje, wind). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
24434 |
winde |
winde:
węn (Q077p Hoeselt),
wɛjŋ (Q077p Hoeselt)
|
Winde waarmee in geval van een getand sluisijzer de sluisdeur op- of afgedraaid kan worden. Zie ook afb. 68 en 69 en de toelichting bij het lemma ɛsluisijzerɛ.' [Vds 45; Jan 42; Coe 28; Grof 63]
II-3
|
25160 |
winderig weer |
wild (weer):
wild weèr
welt wēͅr (Q077p Hoeselt),
wind:
weend (Q077p Hoeselt)
|
winderig weer [zuchtig] [N 22 (1963)] || winderig, gezegd van het weer [zuchtig] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
25209 |
windhoos |
houwvrouw:
hoovroo
hōvrō (Q077p Hoeselt)
|
klein windhoosje, dwarrelig van bladeren en zand [echelstaart, keujmenke] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25958 |
windmolen |
windmolen:
wɛnt[molen] (Q077p Hoeselt)
|
Een molen die door de wind wordt aangedreven. De windmolen kan worden onderverdeeld in twee belangrijke hoofdgroepen: de standerdmolen en de Hollandse molen. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [Sche 2; Grof 2; monogr.; N D add.]
II-3
|
25208 |
windstilte |
stil (weer):
stil (Q077p Hoeselt)
|
windstil, zonder wind, gezegd van het weer [blak, stil] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
33832 |
windzuiger |
windschepper:
we.njtjšø̜pǝr (Q077p Hoeselt)
|
Paard dat zich bijv. op de rand van een deur of voerbak vastklemt en met een klokkend geluid lucht naar binnen zuigt, die in de plaats van in de longen in de maag terechtkomt. Door te veel lucht in de maag kan het koliek (zie het lemma ''buikkrampen'' (7.4)) krijgen. [JG 1a, 1b; N 8, 62q, 84f en 85; A 48A, 41b en 41c]
I-9
|
21782 |
winkel |
winkel:
enne winkel heubbe (Q077p Hoeselt),
në winkël hágë (Q077p Hoeselt)
|
winkel drijven [N 102 (1998)]
III-3-1
|