e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Horst

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lichtgeraakt, kregel giftig: giftig (Horst) spoedig boos of driftig wordend [krikkelig, nippig, kregel, kriel, oplopig] [N 85 (1981)] III-1-4
lichttouw, lichtkoord licht: lext (Horst) Het touw, de riem of de ketting waarmee de licht in werking wordt gesteld. Zie ook afb. 85. [N O, 23f; A 42A, 28; Vds 112; Jan 146; Coe 130; N D, 33 add.] II-3
lidmaat, ledematen lidmaat, ledematen: lidmaat (Horst) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lied, liedje lied: leed (Horst), liedje: litsjə (Horst) lied [SGV (1914)] || liedje [RND] III-3-2
liederen (mv.) liedjes: komt in meervoud niet voor, alleen meervoudig verkleinwoordje  litjes (Horst) liederen (mv.) [SGV (1914)] III-3-2
lief lief: leef (Horst) lief [SGV (1914)] III-1-4
liefde liefde: leefde (Horst, ... ) liefde [SGV (1914)] III-1-4, III-3-1
liefhebben liefhebben: leefhebbe (Horst) liefhebben [SGV (1914)] III-1-4
liefkozen aaien: aaie (Horst), vrijen: vrieje (Horst) zijn liefde of genegenheid kenbaar maken door iemand te strelen of aan te halen [koekelen, fikfakken] [N 85 (1981)] III-1-4
liegen liegen: leege (Horst), lēge (Horst, ... ) bewust onwaarheden vertellen [leugen, liegen, leugenen, floersen, gekken] [N 85 (1981)] || liegen [SGV (1914)] || onwaarheden vertellen [beuzelen, gekken, jokken, leugen] [N 85 (1981)] III-3-1