e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Houthem

Overzicht

Gevonden: 1344
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
noors verband, kettingverband kettingverband: kęteŋvǝrbant (Houthem) Metselverband dat doorgaans wordt toegepast bij halfsteensmuren, maar dat ook bruikbaar is bij steensmuren. Zie ook afb. 36. Het verband is als volgt opgebouwd: eerste laag: kop, kop, strek, strek, kop, strek; tweede laag: drieklezoor, strek, kop, strek, strek; derde laag: kop, kop, strek, strek, kop, strek, enz. (Westra, pag. 15/16). De volgorde van de verschillende lagen kan variëren. [N 31, 24f; monogr.; N 31, 24e] II-9
notariskosten schrijfgeld: sjriefgeld (Houthem) gelden die bestemd zijn voor de notaris i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen [ongelden, den bamis, onraad, herengeld?] [N 21 (1963)] III-3-1
notenboom notenboom: -  nooteboum (Houthem) okkernoot [DC 17 (1949)] I-7
oever oever: oever (Houthem), oover (Houthem, ... ) oever [DC 02 (1932)] III-4-4
oeverzwaluw oeverzwarbel: ooverzjwarbel (Houthem) overzwaluw (12 lichtbruin boven, van onder wit; broedt met vele tegelijk in gaten in een steile zandkant; niet zo algemeen [N 09 (1961)] III-4-1
ogenblikje, korte tijd, eventjes ogenblik: ougeblik (Houthem), ogenblikje: ougenblikske (Houthem) ogenblikje [DC 03 (1934)] III-4-4
okkernoot dikke noot: -  dikke noot (Houthem) okkernoot, vrucht van [DC 17 (1949)] I-7
omheinen afrasteren: āfrastǝrǝ (Houthem) Iets omgeven met een omheining, meest van toepassing op een weiland. [N 14, 63; L 32, 45; A 25, 9; Gwn 16, 11; Vld.; monogr.] I-8
onbetrouwbare koopman jood: jud (Houthem) Inventarisatie uitdrukkingen voor: scheldwoorden of misprijzende woorden kent uw dialect voor een weinig koopkrachtig en onbetrouwbaar koopman [kremmer, toesser, ruilebuiter, voorsnijer?] [N 21 (1963)] III-3-1
onderlip onderlip: onderlup (Houthem, ... ) onderlip [DC 01 (1931)] III-1-1