| 21705 |
gemeentesecretaris |
secretaris:
sikkrətaaris (Q109p Hulsberg)
|
het hoofd van de secretarie [administratie] van een gemeente [griffier, secretaris, sikkeltaris, sik] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 18958 |
gemene vrouw |
feeks:
feeks (Q109p Hulsberg)
|
een vrouw met een slecht en gemeen karakter [venijn] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18814 |
gemoed |
gemoed:
gəmoot (Q109p Hulsberg)
|
het binnenste van de mens als zetel van zijn gevoel [moed, gemoed] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18165 |
genezen |
beter:
béétər (Q109p Hulsberg)
|
Genezen: hersteld, beter (klaar). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 18939 |
gereed |
vaardig:
véérdig (Q109p Hulsberg)
|
klaar met een handeling die verricht moest worden, een handeling verricht hebbend [af, vaardig, klaar, teneinde, ree, verrig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 25066 |
gering aantal, een paar |
paar:
paar (Q109p Hulsberg)
|
een gering aantal [paar] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 21893 |
geschenk |
cadeau (fr.):
kədoo (Q109p Hulsberg)
|
dat wat je kado geeft [gave, geschenk, gift, present, zende, kado] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 20475 |
geslacht |
familie:
famielie.j (Q109p Hulsberg)
|
de gezamenlijke afstammelingen van een gemeenschappelijke stamvader, geslacht [natie, familie] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 33790 |
geslachtsorgaan van de hengst als geheel |
gemecht:
gǝmɛx (Q109p Hulsberg)
|
[JG, 1b; N 8, 36 en 37b]
I-9
|
| 34305 |
gesneden mannelijk varken |
berg:
bɛrx (Q109p Hulsberg)
|
Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12]
I-12
|