e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hunsel

Overzicht

Gevonden: 1928
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
grootte grootte: gruuèdje (Hunsel) grootte [SGV (1914)] III-4-4
grootvader bestevader: bestevader (Hunsel, ... ), grootvader: groeëtvader (Hunsel), opa: opa (Hunsel) grootvader [DC 05 (1937)] || grootvader; ik ga bij grootvader en - logeren; < 6 jaar [DC 12a (1943)] || grootvader; ik ga bij grootvader en - logeren; ± 10 jaar [DC 12a (1943)] III-2-2
grootx groot: groeët (Hunsel) groot [DC 03 (1934)] III-4-4
grote hoeveelheid, hoop hoop: hōēp (Hunsel), hopen (mv.): hūīp (Hunsel) hoop [SGV (1914)] || hoopen (mv.) [SGV (1914)] III-4-4
grote schoonmaak grote poets: de groate poets is gedoan (Hunsel), groate poets (Hunsel), wè zeen aan de groate poets (Hunsel) de schonmaak is achter de rug [DC 15 (1947)] || het schoonmaken van het gehele huis, dat in het voorjaar plaats heeft [DC 15 (1947)] || wij zijn aan het schoonmaken [DC 15 (1947)] III-2-1
grutto grutto: gruuttoo (Hunsel) grutto III-4-1
gruwelijk gruwelijk: gruwelijk (Hunsel) gruwelijk [SGV (1914)] III-1-4
guit snaak: snaak (Hunsel) guit [SGV (1914)] III-1-4
gulden gulden: gölje (Hunsel) gulden [SGV (1914)] III-3-1
gulzig gulzig: gölzich (Hunsel) gulzig; Hoe noemt U: Snel en onmatig in het verorberen van voedsel of drank; schrokachtig (gulzig, gruizig, vratig, slokachtig) [N 80 (1980)] III-2-3