e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hushoven

Overzicht

Gevonden: 1999
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jongen jong: jong (Hushoven), jông (Hushoven) jongen [DC 05 (1937)] III-2-2
jongen met wie een meisje verkering heeft vrijer: vri-jjer (Hushoven), vriejer (Hushoven) Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft? (Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is?) [DC 05 (1937)] || vrijer III-2-2
jongen met wie men verloofd is aanstaande: aanstaonde (Hushoven) Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is? (Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jongste kind kek: meestal de lieveling in huis scheldnaam voor kind uit de straot, Kerkstraot te Nederweert  kek (Hushoven), ook bij vogels  de kek (Hushoven) jongste kind uit het gezin || Wordt deze naam ook gebruikt voor het jongste kind (dat soms ook het zwakste is) van een groot gezin? [DC 25 (1954)] III-2-2
jute baal: bāl (Hushoven) Vezelstof, de bastvezels van een soort hennep (Corchorus capsularis) uit Bangla Desh, gesponnen en geweven tot gordijnen, vloerkleden, zakken enz. (Van Dale, pag. 1250). [N 59, 201; monogr.] II-7
kaak kaak: kaak (Hushoven) kaak [DC 02 (1932)] III-1-1
kaantjes kaaien: uitsluitend mv.  kaoje (Hushoven), krapjes: Uitsluitend verklw.  krepkes (Hushoven) kaantje || kaantjes III-2-3
kaardenbol kam: kaam (Hushoven, ... ) kaardebol I-7, III-4-3
kaasjeskruid kattenkaas: geneeskrachtig  kaatekieës (Hushoven), patersbroodjes: mv. malva neglecta  paatersbruuëtjes (Hushoven) kaasjeskruid || klein kaasjeskruid III-4-3
kachel, stoof kachel: kaxəl (Hushoven), stoof: stūəf (Hushoven), vuur: vø&#x0304.r (Hushoven) kachel III-2-1