e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Itteren

Overzicht

Gevonden: 1364
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
meikoningin meikoningin: meikeuningin keeze (Itteren) Het gebruik om op 30 april of een dag in mei een meisje tot koningin of een jongen tot koning te kiezen [meikoningin]. [N 88 (1982)] III-3-2
meiraap radijs: WLD Nederlandse radijs?  rudeis (Itteren), rédeis (Itteren) De meiraap, een vroege variëteit van de raap (meiraap, tolletje, knolletje, kelen, raap). [N 82 (1981)] I-7
meisje kind: keend (Itteren), meidje: cf. VD s.v. "meiske, meisken  meitske (Itteren), vrouwtje: vrouwke (Itteren) meisje; (Zijn er verschillende namen voor kinderen van verschillende leeftijden?) [DC 05 (1937)] III-2-2
meisje met wie een jongen verkering heeft liefste: leeste (Itteren, ... ) het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 87 (1981)] || Hoe noemt men het meisje met wie men verkeering heeft? (Hoe noemt men haar, wanneer men met haar verloofd is?) [DC 05 (1937)] III-2-2
meisje met wie men verloofd is meidje: meitske (Itteren) verloofde [vrouwelijk] [fem, frul, caprice] [N 87 (1981)] III-2-2
meisjeshemd? hemdje: hummeke (Itteren), lijfje: lijfke (Itteren) Onderhemd voor meisjes. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van meisjes? [DC 62 (1987)] III-1-3
meisjesonderbroek? onderbroek: onderbrook (Itteren) Onderbroek voor meisjes. [DC 62 (1987)] III-1-3
meisjesondergoed lijnwaad: lievend (Itteren) Ondergoed voor meisjes. [DC 62 (1987)] III-1-3
melig meelachtig: WLD  meiletich (Itteren), meilutig (Itteren), overrijp: WLD  euverriep (Itteren) Te rijp en daardoor droog en korrelig, gezegd van een vrucht (meelachtig, melen, versleten, melig). [N 82 (1981)] III-2-3
melk melk: męlk (Itteren), męlǝk (Itteren) De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.] I-11