21842 |
(blijven) plakken |
(blijven) plakken:
plakken (P219p Jeuk)
|
lang in een café blijven zitten of lang bij iemand op bezoek blijven [plakken] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
22127 |
(de kapsule) in de klok stoppen |
constateren:
constateren (P219p Jeuk),
in de toulet stoppen:
’t duuske in de tallet stoppen (P219p Jeuk)
|
de ijzeren kapsule (met ring) in de klok stoppen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21951 |
(eieren) leggen |
(eieren) leggen:
legge (P219p Jeuk)
|
Hoe heet verder: eieren leggen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22110 |
(het) lossen |
lossen:
het losse (P219p Jeuk)
|
het lossen zelf? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18809 |
(iets) bevinden |
bevinden:
bevenge (P219p Jeuk)
|
vaststellen als resultaat van een waarneming of onderzoek [bevinden, keuren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19086 |
(iets) zich niet aantrekken |
niet aantrekken:
jee moet uch da ni aôntrekke (P219p Jeuk),
trek oech da ni aon (P219p Jeuk)
|
Ge moet u dat niet aantrekken [ZND 32 (1939)]
III-1-4
|
22004 |
(ijzeren) kapsule |
doosje:
duske (P219p Jeuk)
|
Hoe heet die kapsule? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21779 |
(kleine) zelfstandige |
commerant (fr.):
commerçant (P219p Jeuk)
|
Noem het (dialect)woord voor: een kleine zelfstandige? [middenstander] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
21955 |
(melk) voederen |
azen:
azen (P219p Jeuk),
voederen:
voejeren (P219p Jeuk)
|
Hoe heet verder: het opgeven van die melk aan de jongen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
17967 |
(met) het hoofd stoten |
botsen:
botse (P219p Jeuk)
|
Het hoofd stoten (botsen, knotsen). [N 109 (2001)]
III-1-2
|