e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P219p plaats=Jeuk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kin kin: PLAATS: de informant geeft als kerkdorp Jeuk/Hasselbroek op.  kin (Jeuk) Een kinnebak: kaakbeenderen (kinnebak, kinnebakkes, geschaar) [N 106 (2001)] III-1-1
kind (troetelnaam) douce-tje: doezeke (Jeuk), keutje: (voor een meisje).; mar.: (vrouw)varkentje  m⁄n keutje (Jeuk), klotje: (voor een jongen).  m⁄n kluutje (Jeuk) het liefkozend woord van ouderen voor kinderen [doeleke, dooier, fies, kadolleken, zoeteken, krotte, schijtgat, drulleke, hummel, etc.] [N 87 (1981)] III-2-2
kindercommunie eerste communie (<lat.): ieste kommunie (Jeuk) Een kindercommunie [kingerkómmelejoeën]. [N 96D (1989)] III-3-3
kinderdoop kinderdoop: een kenjerduujp (Jeuk) Een kinderdoop. [N 96D (1989)] III-3-3
kinderfiets kindervelo: ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  kĕnjervéélo (Jeuk) Hoe noemt u in uw dialect: een rijwiel waar kleine kinderen op rijden [N 99 (1991)] III-3-1
kinderfluitje fluitje: van vlierstruik (heulenteul)  fleutje (Jeuk) Een fluitje gemaakt uit de holle stengel van een paardebloem [fiepertje]. [N 90 (1982)] III-3-2
kinderhemd onderlijfje: onderlefke (Jeuk) Kinderondergoed, kinderhemd [N 114 (2002)] III-1-3
kinderkoor kinderkoor: kengerkoor (Jeuk) Het kinderkoor, jongenskoor of knapenkoor, een zangkoor van kinderen uit de hoogste klassen van de lagere school. [N 96B (1989)] III-3-3
kindermis kindermis: kengermès (Jeuk) Een kindermis, schoolmis [kiendermis, kingermès, sjoeëlmès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kinderstoel kakkedoor: kakkedouw (Jeuk), kakkestoel: kakkestoel (Jeuk) Stoel voor kleine kinderen op hoge poten met een armleuning en een tafelblad ervoor, eventueel met een potje onder de zitting (kakstoel, krokstoel, kloef) [N 79 (1979)] III-2-1