21144 |
calèche |
dobbel koets:
dobbel koets (P219p Jeuk)
|
een licht, vierwielig rijtuig [caleche, kales] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
24604 |
canadapopulier |
canada:
canada (P219p Jeuk)
|
De canadese populier; kruising tussen de zwarte populier en amerikaanse soort (canada, kana, klaterboom, canadas, canidas, gauwgroot). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
23581 |
canon |
canon (lat.):
canon (P219p Jeuk)
|
Het op het sanctus volgende hoofdgedeelte van de mis, de canon = eucharistisch gebed. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
22423 |
carambole |
carambole (fr.):
carambol (P219p Jeuk),
carambolle (P219p Jeuk)
|
het raken van de rode bal en één van de beide witte met de andere witte bal waarmee gespeeld wordt in een bepaald biljartspel [carambole, karbel, kerbol, karbelhouwogen] [N 112 (2006)] || Het raken van de rode bal en één van de beide witte met de andere witte bal waarmee gespeeld wordt in een bepaald biljartspel [carambole, karbel, kerbol, karbelhouwogen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
18067 |
cariës |
rotte tanden:
vrotte taan (P219p Jeuk),
wrotte taan (P219p Jeuk)
|
Cariës: tandbederf, langzame vernietiging van het glazuur van de tand (wolf, cariës). [N 84 (1981)] || Cariës: tandbederf, langzame vernietiging van het glazuur van de tand (wolf, rotte tanden, cariës). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
22439 |
carnavalsoptocht |
carnavalstoet:
in potlood
carnavalstoet (P219p Jeuk),
stoet:
stoet (P219p Jeuk)
|
de optocht met carnaval [cavalcade] [N 112 (2006)] || De optocht met carnaval [cavalcade]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22678 |
castagnetten |
castagnetten:
castagnetten (P219p Jeuk),
Antwoord onderlijnd bij de suggesties.
castagnetten (P219p Jeuk)
|
de twee bolletjes van hout of ivoor die men aan de vingers bindt en tegen elkaar slaat [klepperkens, klepper, castagnetten] [N 112 (2006)] || De twee bolletjes van hout of ivoor die men aan de vingers bindt en tegen elkaar slaat [klepperkens, klepper, castagnetten]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
34373 |
castreermes |
mes:
mɛs (P219p Jeuk)
|
Instrument waarmee men castreert. Uit de opgaven blijkt dat dit instrument in de meeste gevallen een scheermes is. De informant van Q 208 (Vijlen) vermeldt dat het scheermes "vroeger" werd gebruikt. [N 76, 46]
I-12
|
33749 |
castreren |
boeten:
bȳtǝ (P219p Jeuk),
bøu̯tǝ (P219p Jeuk),
snijden:
snęi̯ǝ (P219p Jeuk)
|
Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] || Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.]
I-12, I-9
|
34422 |
castreren met de gesloten methode |
afbinden:
afbɛnjǝ (P219p Jeuk),
boeten:
bytǝ (P219p Jeuk)
|
Bij de "gesloten" methode worden de testikels niet verwijderd, maar wordt de zaadstreng zodanig beschadigd of afgeklemd dat de aanvoer van sperma voorkomen wordt. [N 77, 42; N 77, 41]
I-12
|