18222 |
lap |
lap:
Spelling: <`> = sjwa.
lap (L316p Kaulille)
|
Sterke doek of stof [lap, vel, lel, del] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
18346 |
lap op een schoen |
lap:
lap (L316p Kaulille)
|
lap op een schoen, stukje leer waarmee het bovenleer wordt gerepareerd [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18980 |
laster |
laster:
ook materiaal znd 30, 01
laster (L316p Kaulille)
|
laster [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19297 |
lastig (werken) |
lastig:
ook materiaal znd 30, 02
lestig (L316p Kaulille)
|
lastig [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
17814 |
laten |
laten:
laote (L316p Kaulille),
laoten (L316p Kaulille)
|
laten [ZND 08 (1925)], [ZND 25 (1937)]
III-1-2
|
33384 |
latierboom |
box (e.):
boks (L316p Kaulille)
|
Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.]
I-6
|
24990 |
lauw |
lauw:
lau water (L316p Kaulille),
lauw water (L316p Kaulille, ...
L316p Kaulille,
L316p Kaulille),
law woater (L316p Kaulille)
|
Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)]
III-4-4
|
18356 |
lederen pantoffel |
slof:
slofə (L316p Kaulille)
|
pantoffels, lederen ~, gemakkelijke huisschoenen zonder veters [petoffels, pantoefels, trumpe, sjlutsje, sloffe, sjloebe] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
22416 |
leefnet |
leefnet:
laefnèt (L316p Kaulille)
|
het net waarin men vissen die met de hengel zijn gevangen levend kan houden [leefnet, kaar] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
20479 |
leeftijd, ouderdom |
ouderdom:
auwerdom (L316p Kaulille)
|
ouderdom; op zijn ouderdom [ZND 40 (1942)]
III-2-2
|