e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kievit kievit: keevet (Keent) kievit III-4-1
kikker paddenmoek: peddemoeëk (Keent) kikvors III-4-2
kikkerdril paddengezwel: peddegezwêl (Keent) kikkerdril III-4-2
kikkerdril (2, bewerkt) (-)gezwel: peddegezwêl (Keent) kikkerdril III-4-2
kikkers kikkers: kekǝrs (Keent) De ijzeren of houten bekjes aan de voorzijde van de roede waaraan het zeil wordt vastgemaakt. In l 381 waren de kikkers van hout omdat de molen houten roeden had. [N O, 5d; A 42A, 69; N O, 5e] II-3
kikkervisje koelekopje: koêleköpke (Keent), uilenkopje: uûleköpke (Keent) dikkopje || kikkervisje III-4-2
kind (algemene benaming) jong: cf. WNT s.v. "jong (II) - jonk"1. kind in het algemeen; 3. kind of jeugdig persoon van het mannelijk geslacht  jônk (Keent), keutel: kuuëtel (Keent), kind: kîntj (Keent), kindje: kintje (Keent), wicht: wecht (Keent) kind || kindje || klein kind III-2-2
kinderachtig kinderachtig: keêndjerechtig (Keent), wichterachtig: wichterechtig (Keent) kinderachtig III-1-4
kinderstoel kakstoel: kakstōl (Keent) hoog kinderstoeltje met pot III-2-1
klapekster houwegerst: houw’aegerst (Keent) klapekster III-4-1