e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Keent

Overzicht

Gevonden: 1396
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ondeugend, stout ondeugend: onduuëgentj (Keent) ondeugend III-1-4
ongehuwde moeder hegweef: vgl. "haagwijf"; cf. WNT s.v. "heg - hegge"samenst. "hegweduwe  hekweêf (Keent, ... ) ongetrouwde moeder III-2-2
onnozel onnozel: onnuuëzel (Keent) onnozel III-1-4
onnozel persoon drikus: driekes (Keent), ezel: ieëzel (Keent), karhengst: kerhingst (Keent), sieme: siême (Keent), siemesop: WLD 2.1, p. 293, lemma "afwasborstel  siêmesop (Keent), sijs: siês (Keent), sopsieme: sopsiême (Keent), suns: sûns (Keent), teut: täöt (Keent), zebedeus: subbedei-jes (Keent), zubbedei-jes (Keent) dom persoon || ezel (scheldwoord) || goedmoedige onnozelaar || onnozelaar || onnozelaar, sukkelaar || onnozele kerel || onnozele vent || onnozele vent, sufferd || onnozele vrouw || onnozele, sukkelaar III-1-4
onrustig onrustig: onröstig (Keent), raspelachtig: raospelechtig (Keent) ongedurig, onrustig || onrustig III-1-4
ontbijtkoek, peperkoek peperkoek: Verklw. paeperkukske Deze werd veel cadeau gegeven als men op kraamvisite ging. Peperkoek bevordert de ontlasting  paeperkook (Keent) peperkoek III-2-3
onvruchtbare koe brul: brøl (Keent) In dit lemma duiden de benamingen niet alleen op een koe die bij de dekking niet is bevrucht maar ook op een rund dat halfslachtig ter wereld is gekomen dat wil zeggen half stier en half koe is. Ook tweeling-runderen zijn vaker onvruchtbaar. [N 3A, 102; N 3A, 103; N 3A, 150h; N 3A, 150i; JG 1a, 1b; A 4, 14; L 20, 14; monogr; add. uit N C] I-11
onweersbui donderschoer: ⁄n dônderschoôr (Keent), schoer: schoôr (Keent) donderbui, onweersbui III-4-4
onweerx onweer: (meervoud: ónwaere; verkleinwoord: ónwaerke).  onwaer (Keent) onweer III-4-4
ooftvlaai ooftenvlaai: oôftevlaaj (Keent), Verklw. oeëftevlaetje  oeëftevlaaj (Keent) vlaai met spijs van gedroogde peren III-2-3