e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kerkrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kieuwen kieuwen: ideosyncr.  kiewwe (Kerkrade) Hoe noemt u de vlezige platen aan de kop van een vis waardoor hij ademhaalt (kieuw, koen, wam) [N 83 (1981)] III-4-2
kieuwen (wbd) roepen: róffe (Kerkrade) uit de verte roepen [kieuwen] [N 87 (1981)] III-3-1
kievit kievit: kievet (Kerkrade) kievit (31 ronde vleugels; kuifje; bekend van de eierenraperij [N 09 (1961)] III-4-1
kiezen whlen (du.): weële (Kerkrade, ... ) het kiezen, de mogelijkheid om te kiezen [keus, keur] [N 85 (1981)] || kiezen III-1-4
kikker kruts: kröatsj (Kerkrade), krø̄ətš (Kerkrade) kikvors || kikvors, puit [RND] III-4-2
kikkervisje koelekop: koelekop (Kerkrade), koelkop: koel’kop (Kerkrade) dikkopje || kikkervisje [DC 17 (1949)] III-4-2
kin kin: kin (Kerkrade, ... ), kìn (Kerkrade) kin [DC 01 (1931)] III-1-1
kind (algemene benaming) kind: kink (Kerkrade, ... ), kiŋk (Kerkrade) kind [DC 03 (1934)], [DC 05 (1937)] III-2-2
kinderfiets kinderfiets: kingerfiets (Kerkrade) Hoe noemt u in uw dialect: een rijwiel waar kleine kinderen op rijden [N 99 (1991)] III-3-1
kinderfluitje fluit: fleut (Kerkrade) Fluit. III-3-2