27539 |
geit |
geit:
gē.t (P055p Kermt)
|
Geit in het algemeen. Ten aanzien van germ merken enkele informanten (L 292 (Heythuysen), Q 99 (Meerssen), 111* (Ransdaal)) op dat hiermee een vrouwelijke geit wordt bedoeld. Zie afbeelding 7. [N 77, 74; L 14, 32; A 9, 20; JG 1a, 1b; Wi 7; NE I, 16; AGV, m3; Gwn 5, 13; Vld.; monogr.; S, Q 105 add.; S 10, add.]
I-12
|
21318 |
gejoel |
gejoel:
gəjoel (P055p Kermt)
|
gejoel [ZND 01 (1922)]
III-3-1
|
21274 |
geld |
geld:
ps. omgespeld volgens Frings.
geͅlt (P055p Kermt),
poen:
ps. omgespeld volgens Frings.
pun (P055p Kermt)
|
Geld in het algemeen; hierbij ook graag allerlei uitdrukkingen [geld, sens, poen, swis, oorden enz.] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
33264 |
gele lupine |
lupinen:
lø`pinǝ (P055p Kermt)
|
Lupinus luteus L. Een 30 tot 60 cm hoge plant met een uit gele, lipvormige bloempjes bestaande bloempluim, die bloeit van juni tot september, boonvormige vruchtjes draagt en vooral op zandgronden als bemestingsgewas wordt geteeld. [N Q, 4a; N 11A, 29a en 29b; JG 1a, 1b; A 55, 3b; NE 1, 18; R 3, 30; monogr.]
I-5
|
23206 |
geloof |
geloof:
gəlief (P055p Kermt)
|
Geloof. [ZND 01 (1922)]
III-3-3
|
23207 |
geloven |
geloven:
gəlievə (P055p Kermt, ...
P055p Kermt)
|
Geloven. [ZND 01 (1922)], [ZND 35 (1941)]
III-3-3
|
19101 |
gemak |
gemak:
ook ZND 23, 076
gemaak (P055p Kermt)
|
gemak [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19227 |
gemakkelijk |
gemakkelijk:
ook materiaal znd 23, 77
gəmekələk (P055p Kermt)
|
gemakkelijk [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
22441 |
gemaskerd persoon |
maskerade (<fr.):
maskerāt (P055p Kermt)
|
Maskeraad (gemaskerd persoon). [ZND 01 (1922)]
III-3-2
|
18945 |
gemeen |
gemeen:
ook materiaal znd 23, 79
gəmeejn (P055p Kermt)
|
gemeen (smerig, slecht) [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|