22452 |
meiboom |
mei:
męj (Q111p Klimmen),
meiden:
meiden (Q111p Klimmen)
|
De omstreeks 1 mei op het dorpsplein opgerichte boom die, met linten en kransen versierd, het middelpunt van allerlei volksvermaken vormde [meiboom]. [N 88 (1982)] || Versierde tak, kleine boom of vlag die op de nok van een onderdak gebracht huis wordt geplaatst. [N 88, 183; monogr.]
II-9, III-3-2
|
33337 |
meid, dienstmeid |
maagd:
māt (Q111p Klimmen),
(mv)
mɛ̄x (Q111p Klimmen)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
24582 |
meidoorn |
doorn:
döör (Q111p Klimmen),
egelantier:
egelentier (Q111p Klimmen)
|
haagdoorn [SGV (1914)] || meidoorn, vrucht (Crataegus) [DC 69 (1994)]
III-4-3
|
24331 |
meikever |
meikever:
meikêver (Q111p Klimmen),
Veldeke
’ne meikaever (Q111p Klimmen),
WLD
meikever (Q111p Klimmen)
|
Hoe noemt u de meikever: een soort kever, 24-30mm lang; met dekschild, de poten en sprieten zijn bruinrood, de kop en het borststuk zwart met op de onderzijde een dichte witte beharing; de buiksegmenten zijn zwart met aan elke zijde een opvallende, helwit [N 83 (1981)] || meikever [SGV (1914)]
III-4-2
|
21699 |
meineed |
meineed:
meineid (Q111p Klimmen, ...
Q111p Klimmen,
Q111p Klimmen),
valse eed:
`ne valsje eid doeë (Q111p Klimmen, ...
Q111p Klimmen,
Q111p Klimmen),
enne valsje eid (Q111p Klimmen, ...
Q111p Klimmen,
Q111p Klimmen),
un valsje eit (Q111p Klimmen, ...
Q111p Klimmen,
Q111p Klimmen)
|
een valse eed, meineed [N 96D (1989)]
III-3-1
|
20309 |
meisje |
meidje:
mêdje (Q111p Klimmen)
|
meisje [SGV (1914)]
III-2-2
|
20366 |
meisje met wie een jongen verkering heeft |
meidje:
⁄t maedje (Q111p Klimmen)
|
het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
18736 |
meisjeshemd? |
hemdje:
hummeke (Q111p Klimmen),
onderhemd:
ongerhumme (Q111p Klimmen)
|
Onderhemd voor meisjes. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van meisjes? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18734 |
meisjesonderbroek? |
meidjesonderbroek:
vroeger"meidjesbrook
meidjesongerbrook (Q111p Klimmen),
onderbroekje:
ongerbreujkske (Q111p Klimmen)
|
Onderbroek voor meisjes. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18583 |
meisjesondergoed |
meidjesondergoed:
maedjesongergood (Q111p Klimmen),
meidsjesongergood (Q111p Klimmen)
|
Ondergoed voor meisjes. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|