e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Klimmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wbd: verkopen voor kunnen hebben voor: vûûr déé pries kins-te ’t höbbe (Klimmen), laten: vûûr déé pries laot ich ze Uch (Klimmen), Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).  laote (Klimmen), laten gaan: Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).  laote gao (Klimmen), voor die prijs is het van dich: vûûr déé pries is ’t van dich (Klimmen) verlaten, Zegt men bij u: ik wil die geit voor zoveel geld wel ~ = voor die prijs wil ik ze wel verkopen [soelieje?] [N 21 (1963)] III-3-1
wecken inkoken: i-kaoke (Klimmen), inmaken: i-make (Klimmen), imaakə (Klimmen), inwecken: i-wècke (Klimmen) wecken; Hoe noemt U: Steriliseren van levensmiddelen in luchtdicht afgesloten flessen (wecken, inmaken) [N 80 (1980)] III-2-3
weddenschap weddingschap: wɛdiŋsjap (Klimmen) weddenschap [RND] III-3-2
wedstrijdduif reisduif: reisdoef (Klimmen) Hoe heet de duif of duivesoort die voor het spel gebruikt wordt? [N 93 (1983)] III-3-2
wedstrijdduif: janssen-arendonk sprint: (Janssen-Arendonk).  sprint (Klimmen) Kent U daarin diverse variëteiten of rassen? Welke? Geef naam en eigenschappen. [N 93 (1983)] III-3-2
weduwe widvrouw: widvrouw (Klimmen) weduwe [SGV (1914)] III-2-2
weduwnaar widman: widman (Klimmen) weduwnaar [SGV (1914)] III-2-2
weduwschapsspel weduwschapsspel: weduwsjap-sjpieël (Klimmen) Bij gepaarde duiven, even voor het inkorven, wordt aan de in te korven duif de partner getoond (weduwschapspel)? [N 93 (1983)] III-3-2
weefkamer keuken: kȳǝkǝ (Klimmen), nere: nē̜rǝ (Klimmen) De kamer of het vertrek waarin geweven wordt en waar het spinnewiel of de weefstoel staat. Dat kan de keuken, de opkamer, de naaikamer of een kamer(tje) zijn. In dit lemma gaat het om een weefruimte in het huis. [N 39, 4; N 5A (I] II-7
weefsel, stof stof: sjtoof (Klimmen), sjtooɛ̄f (Klimmen) stof (étoffe) [SGV (1914)] III-1-3