e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kortessem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vriendelijk vriendelijk: vrindelek (Kortessem) vriendelijk III-1-4
vrijgezel jonkman: joenkman (Kortessem) jongman (ongehuwde man) III-2-2
vroedvrouw wijzevrouw: weezəvraow (Kortessem), wejzəvrouw (Kortessem), weͅjzəvrow (Kortessem), wijzevrauw (Kortessem) Hoe noemt men de (gediplomeerde) vrouw die helpt bij de geboorte, indien er geen dokter aanwezig is? (nld. vroedvrouw) [ZND 46 (1946)] || vroedvrouw [ZND 08 (1925)], [ZND B1 (1940sq)] III-2-2
vroegmis eerste mis: də justə mɛ.is (Kortessem), vroegmis: vrychmɛ.is (Kortessem) vroegmis [RND] III-3-3
vrouw vrouw: vrou (Kortessem), vroͅu (Kortessem), vroͅw (Kortessem) vrouw [RND], [RND], [ZND 04 (1924)] III-3-1
vrouw en boer in het kaartspel kleine bruid: Sub bróud.  klein bróud (Kortessem) [Kleine bruid]: De dame en de boer (kaartspel). III-3-2
vrouw, vrouwspersoon vrouwmens: vrommes (Kortessem) vrouw III-2-2
vrouwelijk kalf vaarsje: vi̯āskǝ (Kortessem), vaarzenkalf: vi̯āzǝ[kalf] (Kortessem) [N 3A, 20; N C, 7b; JG 1a, 1b; A 9, 17b; Gwn V, 5b; monogr.] I-11
vrouwelijk rund dat voor de eerste keer drachtig is eersteling: i̯ǫsleŋk (Kortessem) [N C, 9e en 10a; JG 1a, 1b; add. uit N 3A, 14a, 20 en 22] I-11
vrouwelijk schaap in het algemeen ooi: ō (Kortessem), ōǝ (Kortessem), ooitje: oi̯kǝ (Kortessem), ōkǝ (Kortessem), outje: ou̯kǝ (Kortessem) De benamingen voor "vrouwelijk schaap" beantwoorden vooral aan de drie woordtypen ooi/ooitje, germ/germpje en het algemene woord schaap. Ten aanzien van het woordtype germ kan men opmerken dat het woord in nogal wat plaatsen kan duiden op het vrouwelijk schaap dat nog niet gelamd heeft. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; R 3, 35; A 4, 22b; AGV, m3; L 1a-m; L 5, 30a; L 29, 32; L 20, 22b; L B2, 318; monogr.; S 23, Q 113 add.] I-12