e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L289b plaats=Leuken

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tuin hof: huəf (Leuken) tuin III-2-1
tuinbonen kniebonen: kni-jboeën (Leuken), wollebonen: mv.  wölleboeëne (Leuken), wollewantjes: wöllewantjes (Leuken) tuinbonen || tuinbonen, jonge || tuinboon I-7
tuinfluiter grijsje: grieske (Leuken), hoffluiter: de opgegeven betekenis is: "heggemus, tuinfluiter"; ondergebracht bij tuinfluiter  hoeëffluiter (Leuken) tuinfluiter III-4-1
tuinkervel kervel: kêr’revel (Leuken) kervel I-7
tuinmuur tuinmuur: tȳnmūr (Leuken) Uit horizontale en verticale balken samengestelde wand die is opgevuld met vlechtwerk en vervolgens is afgesmeerd met leemspecie. In plaats van vlechtwerk kunnen ook bakstenen worden gebruikt. [S 42; N 4A, 53f; N F, 56b; N 31, 45a; monogr.; N 4A, 52f; N 4A, 52d] II-9
tuit tuit: tuit (Leuken) tuit van de waterketel van koper of ijzer en met hengsel en tuit [N 20 (zj)] III-2-1
tulband koek: Syst. WBD  kook (Leuken), tulband: Syst. WBD  tulband (Leuken) Tulband (redong, bont, bontekoek, turkse muts, sultan?) [N 16 (1962)] III-2-3
turfhekken hekken: hękǝ (Leuken), turfhekken: tǫrfhękǝ (Leuken) Aparte hekken die voor, achter en opzij op de kar gezet worden om turf te vervoeren. Aanvulling van de lemmata voorhek op de kar en achterhek op de kar in wld II.4. [N 17, 72a + c] I-13
twee centiem cent: cent (Leuken) koperen munt van 2 centiem [N 21 (1963)] III-3-1
tweeslachtige jonge kip kween: kweŋ (Leuken) Met betrekking tot het woordtype loerhaan merken informanten op, dat deze een haan is met een geslachtelijke afwijking of dat deze het uiterlijk van een haan heeft maar geen volledige haan is. [N 70, 10; N C, add.; N 19, add.; monogr.] I-12