e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leuken

Overzicht

Gevonden: 2725
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gleiswerk aardewerk: ē̜rdǝwęrk (Leuken) Geglazuurd aardewerk. Het woordtype faïence (Q 156) is van toepassing op geglazuurd en geschilderd aardewerk, oorspronkelijk afkomstig uit Faënza, later naar voorbeeld hiervan ook elders vervaardigd. [N 20, 5; L 35, 78; monogr.] II-8
gloeien gloeien: gløi̯ə (Leuken) gloeien III-2-1
goede kamer, ontvangkamer goede kamer: gōi̯kāmər (Leuken) huiskamer, pronkkamer III-2-1
goede- opbrengst geven (goed) schieten: sxētǝ (Leuken) Werkwoordelijke uitdrukking van het vorige lemma "de oogst levert goed op", "staat er goed voor". Zeer algemene uitdrukkingen als "(de oogst) staat goed" of "(de oogst) staat schoon" zijn hier niet opgenomen. Vergelijk ook het lemma ''groeien'' (1.1.4). [N 15, 12; monogr.; add. uit N 15, 10 en 11; L 5, 39; L 39, 39] I-4
goedheid goedigheid: goojigheit (Leuken) goedheid III-1-4
goedigheid goedigheid: gootigheit (Leuken) goedigheid III-1-4
goedsmoeds, welgemoed goedig: gootig (Leuken) goedig III-1-4
goedzak bluts: bluts (Leuken), goede sok: gooje zok (Leuken), klootje: kluuëtje (Leuken), kuis: kui-jes (Leuken), lobbes: löbbes (Leuken), slofferd: slóffert (Leuken) goedaardig mannetje || goedig mens || goedzak || goeierik || lobbes, goedzak III-1-4
gooien guizen: goeze (Leuken), WLD (met aantekeningen)  goeze (Leuken), smijten: WLD (met aantekeningen)  smiete (Leuken) gooien [goesje] [N 38 (1971)] || gooien; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 26 (1964)] III-1-2
gootsteen pompensteen: po.mpəsteͅi̯.n (Leuken), pompsteen: po.mpsteͅi̯.n (Leuken) gootsteen III-2-1