e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leunen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vaatdoek schotelslet: Och dat schòttelslet, da mikt zó mennig ki‰ndje net:Voordat de kinderen naar school gingen, werd dikwijls nog even met een \"vaatdoek\"door het gezicht gewreven, om het ergste vuil eraf te vegen  schòttelslet (Leunen) vaatdoek III-2-1
vademen (de/een) naald(e) vamen: ǝn nǭlt vē̜mǝ (Leunen) Een draad door het oog van een naald halen. In dit lemma zijn de objecten draad, garen, draad garen, vaam, vaam garen niet gedocumenteerd. [N 59, 68; N 62, 10; L 8, 29; L B1, 76; MW; monogr.] II-7
vader ons vader: òs vader (Leunen), òz’ vader (Leunen), onze vader: òzze vader (Leunen), oude: âlde (Leunen), oudeheer: âldenhieër (Leunen), pa: pa (Leunen), pap: pap (Leunen), vad: vád (Leunen), vát (Leunen), vader: vader (Leunen, ... ) (vader;) Hoe wordt de vader door de kinderen aangesproken? [DC 05 (1937)] || vader [SGV (1914)] || vader (minderwaardig) || vader (onze -) || vader (oude heer) || vader; (Hoe wordt de vader door de kinderen aangesproken?) [DC 05 (1937)] III-2-2
vagevuur vagevuur: vagevuur (Leunen) vagevuur [SGV (1914)] III-3-3
valgordijn, rolgordijn valgordijn: valgerdien (Leunen), valgordien (Leunen) valgordijn [SGV (1914)] III-2-1
vallen vallen: valle (Leunen) vallen [SGV (1914)] III-1-2
vallende tand vallende tand: valǝndǝ tant (Leunen) k˲valǝndǝ tsa [N 31, 28a; monogr.] II-9
vals vals: valsch (Leunen) valsch [SGV (1914)] III-1-4
valsteiger valsteiger: val[steiger] (Leunen) Noodvloer die onder de steigervloer moet liggen wanneer deze meer dan 4 m boven de begane grond komt. Wanneer men een nieuwe steigerverdieping heeft aangebracht, wordt de oude werkvloer doorgaans als valsteiger gebruikt. Zie voor de niet fonetisch gedocumenteerde vormen van de woorddelen '-(steiger)' en '-(stelling)' het lemma 'Steiger'. [N 32, 6; monogr.] II-9
van bussel-wiek stroomlijnwieksysteem van bussel: stroomlijnwieksysteem van bussel (Leunen) Wiek die voorzien is van een stroomlijnbekleding volgens het systeem van Van Bussel. Daarbij zijn op de plaats van het voorhek enige kleine spanten aangebracht waarop een bekleding van plaatijzer of aluminium is bevestigd. Het systeem wordt gebruikt in combinatie met zeilen. [N O, 6d] II-3