e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Limmel

Overzicht

Gevonden: 1344

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
boerin boerin: buren (Limmel), dees boerin (Limmel), die boerin (Limmel) [L 1, a-m; S 6; Wi 18; monogr.]boerin [deze ~ ] [SGV (1914)] || boerin [die ~] [SGV (1914)] I-6, III-3-1
boezeroen buis: buis (Limmel) boezeroen [SGV (1914)] III-1-3
boom (alg.) boom: boum (Limmel), buim (mv.): buim (Limmel) boom [SGV (1914)] || boomen (mv.) [SGV (1914)] III-4-3
boomgaard wei: wei}* (Limmel) I-7
boomstronk vot: vot (Limmel) boomstronk, de stomp-met-wortels van een afgehakte boom [N 27 (1965)] III-4-3
boon, algemeen bonen: bunǝ (Limmel), boon: bun (Limmel) Phaseolus L. Zoals bij de erwt gaat ook hier het lemma met de algemene benaming vooraf aan de namen van specifieke soorten. Enkelvouden en meervouden zijn apart gehouden. [JG 1a, 1b, 1c; L 1, a-m; L 1u, 21; L 8, 84; L 22, 3a; S 4; Wi 14; monogr.; add. uit N P, 23] I-5
boos kwaad: koed (Limmel) 01; kwaad [SGV (1914)] III-1-4
borg borg: börg (Limmel) borg [SGV (1914)] III-3-1
borrelen (van water) bobbelen: bŏbbele (Limmel) bobbelen (t water bobbelt) [SGV (1914)] III-4-4
borstel borstel: beursjtel (Limmel) borstel [SGV (1914)] III-2-1