19009 |
abuis |
abuis:
ge zet abuus (P047p Loksbergen),
ook materiaal znd 19a,6
aby(3)̄s (P047p Loksbergen),
ge zet abuus (P047p Loksbergen),
əby(3)̄s (P047p Loksbergen)
|
abuis [ZND 01 (1922)] || Ge zijt abuis (= ge vergist u). [ZND 19 (1936)]
III-1-4
|
19021 |
achterdocht |
achterdenken:
ich ha gin achterdinken (P047p Loksbergen),
ook materiaal van vr.lijst 32, vr. 44
achterdinken (P047p Loksbergen)
|
achterdocht [ZND 01 (1922)] || ik had geen achterdocht (ik vermoedde geen kwaad) [ZND 32 (1939)]
III-1-4
|
18854 |
achterdochtig |
achterbaks:
àchtərbàks (P047p Loksbergen),
achterdochtig:
àchtərdòchtəg (P047p Loksbergen)
|
een kwaad vermoeden over iemands handelingen of bedoelingen hebbend [achter-koutig, achterkousig, achterdochtig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
33984 |
achterhaam |
achterlap:
axtǝrlap (P047p Loksbergen)
|
Samenstel van riemen dat op het achterwerk van het paard wordt gelegd en dient om de kar achteruit te stoten. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 74; monogr.]
I-10
|
31078 |
achterijzer |
achterhoefijzer:
axtǝrhuf˱ē̜jǝzǝr (P047p Loksbergen),
achterste hoefijzer:
axtǝstǝ huf˱ē̜jǝzǝr (P047p Loksbergen)
|
Hoefijzer voor de achterhoef van het paard. Het achterijzer heeft meestal een ovale vorm. Zie ook afb. 223b. [N 33, 353; N 33, 354b]
II-11
|
32410 |
achterindraaien |
de vessem opdraaien:
dǝ vɛsǝm up˱drōwǝ (P047p Loksbergen)
|
De hak van de klomp met de hakhaak wat naar achteren uithollen. [N 97, 91]
II-12
|
17651 |
achterste |
gat:
gat (P047p Loksbergen),
kast:
kas (P047p Loksbergen),
kont:
kont (P047p Loksbergen)
|
[N 10c (1995)]
III-1-1
|
19445 |
achteruit |
achter:
axtǝr (P047p Loksbergen),
achteruit:
axtǝrø̜̄t (P047p Loksbergen)
|
Voermansroep om het paard achteruit te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95l en 96; L B 2, 254; L 36, 81b; monogr.]
I-10
|
17951 |
achteruitgaan |
achteruittrekken:
àchtərəəttrékə (P047p Loksbergen)
|
Achteruitgaan (wijken, deinzen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
34584 |
achterwand |
hoofdberd:
hyǝt˱bɛt (P047p Loksbergen)
|
De afneembare achterplank van de kar of wagen. Deze plank werd tussen de twee zijwanden geschoven om de laadruimte af te sluiten en kon tijdens het lossen weggenomen worden. Voor de betekenisontwikkelingen van de verschillende woordtypes, zie de toelichting bij het lemma voorwand. Op de kaart zijn voor Belgisch Limburg alleen de gegevens uit de mondelinge enquête opgenomen. [N 17, 30a + 36 + 48; N G, 61c; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; A 26, 1a; Lu 4, 1a; L 33, 4; L 40, 56; monogr.]
I-13
|