e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

Gevonden: 3995

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
achterwerk hol: hol (Loksbergen), protter: prottər (Loksbergen), put: put (Loksbergen), unster: öster (Loksbergen), zoo: cfr. WNT I. zoo, o.a. bet. 11: mannelijke geslachtsdelen.  zjoo (Loksbergen) [N 10c (1995)] III-1-1
adem asem: ōsəm (Loksbergen) adem [ZND 01u (1924)] III-1-1
ademen asemen: ich kost nie oaseme (Loksbergen), ōsəmə (Loksbergen) ademen [ZND 01u (1924)] || Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)] III-1-1
ader ader: de oaren van ze veurhuut (Loksbergen), n aar opesnijë (Loksbergen), oirkə (Loksbergen), ūar (Loksbergen) ader [ZND m] || adertje [ZND m] || de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || een ader opensnijden [ZND 19 (1936)] III-1-1
afbranden strepen: strīpǝ (Loksbergen) De uitstekende vezeltjes van het (vlas)touw afbranden met bijv. een bos brandend stro. [N 48, 106d] II-7
afdak afdak: af˂dak (Loksbergen, ... ) afdak [ZND 01 (1922)], [ZND 06 (1924)], [ZND 12 (1926)] III-2-1
afdingen afbieden: àfbīējə (Loksbergen), prengelen: Van Dale: prengelen, (gew.) 1. zaniken, dwingen; -2. pingelen.  prèngələ (Loksbergen) proberen minder te moeten betalen dan de gevraagde prijs [afdingen, afpingelen, afpekelen, penkeren, prengelen, pingelen] [N 89 (1982)] III-3-1
afdrager afraper: afrāpǝr (Loksbergen, ... ) Arbeider die de vormbakken met daarin de vormelingen van de vormtafel naar de droogplaats brengt. Zie ook het lemma ɛneerslagerɛ. In Q 111 werd het werk van de afdragers meestal door vrouwen gedaan.' [N 98, 97; monogr.] || Arbeider die met de klapstoel werkt. [N 98, 86; monogr.] II-8
afgeroomde melk afgeroomde melk: afxǝrymdǝ mɛlk (Loksbergen), afxǝrømdǝ męlǝk (Loksbergen), kleine melk: klɛ̄n mɛlk (Loksbergen) De vloeistof die overblijft als de melk ontroomd is. [A 7, 15 en 17; A 23, 4a; L 27, 29; JG 1a, 1b; L 1u, 103; Lu 1, 3 en 4a; monogr.] I-11
afgunst jaloers: zjalōēs (Loksbergen) Afgunst, jaloezie. [N 96D (1989)] III-3-3