| 24084 |
franciscaan |
bruine pater (lat.):
brø͂ͅinə poͅuətər (K278p Lommel)
|
Een Franciscaan of Minderbroeder [bruine pater, de Broune, Minnebroor, broene paater]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 18784 |
franje |
flochetje (<fr.):
flosjkes (K278p Lommel),
fralie:
fralijs (K278p Lommel),
franje:
franjes (K278p Lommel),
franjəs (K278p Lommel)
|
bedsprei met franjes [ZND 23 (1937)] || Franje. Een randversiering bestaande uit een boordsel met een reeks afhangende draden, meestal in bundels of kwasten bijeen-gehouden [franje, franjel, fraling] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
| 21555 |
frankrijk |
frankrijk:
We hemmen in Frankrijk gezeiten (K278p Lommel),
We hemmɛn in Frankrijk gɛzèten (K278p Lommel)
|
Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
| 30981 |
franse hak |
franse hak:
franse hak (K278p Lommel)
|
Een bijzonder model hak, ongeveer 7 cm hoog, zo breed als een gulden en sierlijk van lijn. Zie afb. 34. [N 60, 126b; N 60, 126d]
II-10
|
| 18460 |
franse hak [wld ii.10, p. 37] |
franse hak:
franse hak (K278p Lommel)
|
Een bijzonder model hak, halfhoog d.w.z. ongeveer 7 cm, zo breed als een gulden en sierlijk van lijn? (franse hak? [N 60 (1973)]
III-1-3
|
| 24148 |
frater |
steenknuiter:
steiənknø͂ͅitər (K278p Lommel),
Frings, omgesp.
steiənknøͅytər (K278p Lommel)
|
sijs: frater (13,5 bruin, maar zonder rood en zwart van barmsijs [009]; zeldzaam op trek; meest nog in het westen [N 09 (1961)] || steenkneuter, frater
III-4-1
|
| 31875 |
freesmachine |
frees:
frēs (K278p Lommel)
|
Machine, bestaande uit een metalen frame waarop een verticale as is aangebracht die voorzien is van een aantal beiteltjes. Met de freesmachine kunnen inkervingen in het hout worden aangebracht. Ze wordt ook gebruikt om bepaalde profielen in het hout aan te brengen en is dan vaak de vervanger van de profielschaven. Zie ook afb. 56. [N 53, 86a; monogr.]
II-12
|
| 24315 |
fret |
fret:
freͅt (K278p Lommel)
|
fret: Hoe noemt u in uw dialect het marterachtige roofdier waarmee men jaagt op konijnen (het is de tamme albinovorm van de bunzing)? [N100 (1997)]
III-4-2
|
| 17598 |
fronsen |
fronsen:
wenkbraawen fronsen (K278p Lommel)
|
Fronsen: tot rimpels samentrekken, gezegd van wenkbrauwen en voorhoofd (fronsen, fronselen, rimpelen). [N 106 (2001)]
III-1-1
|
| 20586 |
fruit bewaren |
muiken:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m, 38-51 (de appels) loate mokke.
mokke (K278p Lommel)
|
leggen de kinderen fruit te rijpen in verborgen hoekjes; hoe noemen zij dat: meuken of iets dergelijks? [ZND 01u (1924)]
III-2-3
|