19822 |
mannelijke kat, kater |
kater:
koa-we-ter (K278p Lommel),
koͅətər (K278p Lommel)
|
kater [Goossens 1b (1960)] || mannelijke kat [ZND 27 (1938)]
III-2-1
|
18673 |
mannenkleren |
mannenkleren:
mannenkleren (K278p Lommel),
manskleren:
mánskléiər (K278p Lommel),
ventenklederen:
ventenkleder (K278p Lommel)
|
mannenkleren [t mansdinge] [N 23 (1964)] || Mannenkleren. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18575 |
mannenondergoed |
ventenondergoed:
vantənondərguwt (K278p Lommel),
ventenondergoed (K278p Lommel)
|
Mannenondergoed [N 114 (2002)] || Ondergoed voor mannen. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18585 |
mannenonderhemd |
hemd:
hem (K278p Lommel),
heͅm (K278p Lommel),
lijfje:
leͅfkən (K278p Lommel),
onderhemd:
verouderd: hembrok (hemdrok)
onderhemd (K278p Lommel),
onderlijf:
oͅndərleͅīf (K278p Lommel),
onderlijfje:
ondərleͅfkən (K278p Lommel)
|
(onder)lijfje || onderhemd voor mannen [N 25 (1964)] || Onderhemd voor mannen. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van mannen? [DC 62 (1987)] || onderlijfje
III-1-3
|
30870 |
mansleest |
molièresleest:
molièresleest (K278p Lommel)
|
De leest voor mannenschoenen. Het betreft de maten 39 tot en met 50. [N 60, 186d]
II-10
|
31105 |
manswerk |
herenwerk:
herenwerk (K278p Lommel)
|
Schoenwerk voor heren in grote maten, de maten 40 t/m 47. [N 60, 205a]
II-10
|
18703 |
mantelpak |
deux-picesje (<fr.):
døpjeskən (K278p Lommel),
kostuumpje:
kəstymkən (K278p Lommel),
mantelpak:
mantelpak (K278p Lommel)
|
mantelpak, uit jas en rok bestaand dameskostuum [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20468 |
manziek |
heet:
heet (K278p Lommel),
zot:
zot (K278p Lommel)
|
manziek [heet] [N 10C (zj)]
III-2-2
|
24601 |
maretak |
maretakje:
verzamelfiche, ook mat. van ZND01, u 155 en van ZND15, 011
marentekske (K278p Lommel)
|
maretak [ZND 01 (1922)]
III-4-3
|
20872 |
margarine |
margarine:
magren (K278p Lommel)
|
margarine
III-2-3
|