25183 |
regenen (alg.) |
regenen:
rägələ (K278p Lommel),
rägələn (K278p Lommel),
rägənən (K278p Lommel),
ps. omgespeld volgens Frings!
rɛ̄gələn (K278p Lommel),
rɛ̄gənən (K278p Lommel)
|
regenen || regenen [sausen, majemen] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
18554 |
regenjas |
permable (<fr.):
nə pärəməjabəl (K278p Lommel),
Uit Fr. imperméable, met verlies van de eerste minder beklemtoonde syllabe.
pärəməjabəl (K278p Lommel),
regenjas:
regenjas (K278p Lommel, ...
K278p Lommel),
räjəjas (K278p Lommel),
Sub regen. Soms ook regel.
rägəl+jas (K278p Lommel),
rägən+jas (K278p Lommel),
regenmantel:
damesregenmantel (K278p Lommel)
|
#NAME? || damesregenmantel [N 23 (1964)] || regenjas || regenjas [rusjer, ploensent] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
25180 |
regenwolkje |
bank onder de zon:
ən bànk ondər də zon (K278p Lommel)
|
regen-voorspellend wolkje bij ondergaande zon [watermenneke] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
24308 |
regenworm |
pier:
pi:ər (K278p Lommel),
piering:
piĕrrink (K278p Lommel),
pireŋ (K278p Lommel),
pireŋk (K278p Lommel, ...
K278p Lommel),
worm:
wŭirrem (K278p Lommel),
wøͅrəm (K278p Lommel)
|
pier || pier, aardworm [Willems (1885)], [ZND 14 (1926)] || regenworm, aardwom, bekende paarskleurige worm die bij spitten en ploeten of bij regen voor de dag komt [pier, pieroas, piering, pierewörm, dauwworm] [N 26 (1964)] || worm [Willems (1885)] || worm in het algemeen [pier, piering, pierik] [N 26 (1964)]
III-4-2
|
17904 |
reiken naar |
pakken naar:
na its pa⁄ən (K278p Lommel),
ij uitgesproken als i + j ?
na ijt pa⁄ən (K278p Lommel),
uitsteken naar:
zən ɛ:rəm øͅtstɛ:⁄ə (K278p Lommel)
|
reiken, met de handen naar iets reiken [iest beraome] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
28559 |
reinigingsvlucht |
poetsen:
poetsen (K278p Lommel)
|
Vlucht die de bijen ondernemen om de uitwerpselen uit hun lichaam te verwijderen. In de winter hopen zich de onverteerbare resten van het voedsel op in de endeldarm. Wanneer de grens van het zich ophopen is bereikt, dan moeten de bijen zich ontlasten. Zodra de temperatuur na de winter voor het eerst weer 8 à 10 oC is geworden, vliegen de bijen uit om zich van het opgespaarde vuil te ontdoen. [N 63, 56a; Ge 37, 195]
II-6
|
21201 |
reiskoffer |
valies (<fr.):
valis (K278p Lommel)
|
valies: boekentas, schooltas, reistas, kleine koffer
III-3-1
|
21455 |
rekenen |
rekenen:
rèkenen (K278p Lommel)
|
rekenen [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|
30929 |
rekker |
rekker:
rekker (K278p Lommel)
|
De elastieken reep aan beide zijden van de elastiekbottine die vooral dient om het aantrekken te vergemakkelijken. [N 60, 206d]
II-10
|