e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lommel

Overzicht

Gevonden: 5514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de kar wipt kwikken: (de kar) kwekt (Lommel), opslaan: (de kar) sly. op (Lommel), opslǫn (Lommel) Als de kar op een verkeerde manier geladen is (zie de lemmata te licht in de rug en te zwaar in de rug), heeft ze de neiging om te wippen. [N 17, 96 + 99] I-13
de kelder uitgraven de kelder uitschieten: dǝ kęldǝr øtsxitǝn (Lommel) De kelderruimte van het bouwwerk met behulp van de steekschop uitgraven. [N 30, 25b; monogr.] II-9
de koningin knippen de moer knippen: de moer knippen (Lommel) De vleugels van de koningin of moer knippen. Men probeert hiermee het zwermen te verhinderen. [N 63, 96c; monogr.] II-6
de koningin merken tekenen: tekenen (Lommel) Het duidelijk herkenbaar maken van de koningin door verf, lak, gekleurde plaatjes. Volgens informanten gebruikt men ook Tippex, gekleurd zilverpapier en nagellak. Een goedkoop en uitstekend middel tot herkenning zijn de staniolplaatjes. Men heeft ze in de kleuren rood, groen, zilver en goud. Elk jaar wordt een andere kleur gebruikt. Er zijn kleine nummertjes op gedrukt van 1 tot en met 100. Met kleefstof wordt één zo''n plaatje op het borststuk van de moer bevestigd. Het nummer geeft het individu aan en de kleur de ouderdom (De Roever, pag. 544). [N 63, 102a; N 63, 102b; Ge 37, 166; monogr.] II-6
de laatste voor ploegen (de voor) afslepen: afslɛ̄pǝn (Lommel), (de voor) uitploegen: ø̜t[ploegen] (Lommel) De laatste voor van het grote middendeel van een akker die men ploegde, kan op twee manieren worden afgewerkt. Als men een greppel wil laten ontstaan in verband met de waterafvoer (op lage gronden), dan ploegt men de laatste voor iets dieper dan de overige. Wil men daarentegen geen greppel overhouden, dan ploegt men de laatste voor ondiep uit en sleept men ze vervolgens dicht. De termen die in dit lemma onder A. zijn vermeld, werden opgegeven n.a.v. de vraag naar "de diepe middenvoor afwerken". Sommige ervan lijken ook bruikbaar voor het ploegen van de laatste voor in het algemeen. De onder B. opgenomen termen betreffen het ploegen van de laatste voor aan de zijkant(en). [N 11, 62; N 11A, 119e + 121e; div.; monogr.] I-1
de mei vieren de mei vieren: de mei vieren (Lommel) de tractatie bij het plaatsen van die tak of vlag [N 112 (2006)] III-3-2
de melk inhouden in de hoorns trekken: en dǝ høǝrǝs treʔǝn (Lommel), optrekken: optrɛʔǝ (Lommel) Tijdens het melken plotseling geen melk meer geven, gezegd van de koe. [N 3A, 69; monogr.] I-11
de melk laten lopen (de melk) laten lopen: lǫǝtǝ lōpǝ (Lommel), lǭwǝtǝ lōpǝ (Lommel) De melk uit de spenen laten vloeien. [N 3A, 70] I-11
de merrie bij de hengst brengen aanhengsten: anhęŋstǝn (Lommel) [N 8, 43a en 43b] I-9
de merrie dekken dekken: dęʔǝn (Lommel), springen: spreŋǝn (Lommel) Zie afbeelding 11. [JG 1a, 1b; N 8, 43a en 43b] I-9