e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbracht

Overzicht

Gevonden: 3406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de oven reinigen schoonmaken: šōǝnmākǝ (Maasbracht) Het object "oven" wordt niet gedocumenteerd. [N 29, 12c; OB 2, 2c add.; monogr.] II-1
de stortkar doen achteroverslaan opslaan: opšlǭn (Maasbracht) De kipbare bak van de stortkar doen kippen om de lading te lossen. Dit lemma vormt een aanvulling op het lemma kippen, storten in wld I.10. De kaart combineert de opgaven uit beide lemmata. [N 17, 88] I-13
de tafel afruimen de tafel afdoen: aafruume is \"verhollandst\".  taofel aafdoon (Maasbracht) Wat is bij u de uitdrukking voor \'de tafel afruimen\'? (afvegen, afkuisen) [N 104 (2000)] III-2-1
de tweede keer bakken drogen: drø̄gǝ (Maasbracht) Uit de woordtypen blijkt dat dit voor de tweede keer bakken bestaat uit twee handelingen t.w. laten kleuren en laten drogen van de beschuit. [N 29, 63] II-1
de vier zijden van een bikkelbeentje buikske: de bolle zijde  buukske (Maasbracht), kuiltje: de holle zijde  kuulke (Maasbracht), staandertje: voor de twee platte kanten  steunderke (Maasbracht) De vier zijden van zon beentje. [N R (1968)] III-3-2
de was blauwen blauwselen: bléjsele (Maasbracht) Wat is bij u de uitdrukking voor \'de was blauwen\'? (blauwen, blauwselen) [N 104 (2000)] III-2-1
de was bleken bleken: bleike (Maasbracht, ... ) het bleken van wasgoed in de zon op een grasveld [DC 15 (1947)] III-2-1
de was invochten insprinkelen: insprinkele (Maasbracht), inspriŋkələ (Maasbracht), sprinkelen: sprinkele (Maasbracht) het vochtig maken van strijkgoed [DC 28 (1956)] III-2-1
de was spoelen spoelen: speule (Maasbracht) spoelen [SGV (1914)] III-2-1
de was stijfselen stijven: (sleeptoon ië).  stiëve (Maasbracht) Wat is bij u de uitdrukking voor \'het linnen stijven\'? (stijven, stijselen) [N 104 (2000)] III-2-1