e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
noodklok brandklok: brankklok (Maasbree, ... ), noodklok: noedklok (Maasbree) De noodklok, brandklok, alarmklok. [N 96A (1989)] III-3-3
noot noot: noot (Maasbree, ... ) noot [DC 47 (1972)] III-2-3
nors zuur: zoor (Maasbree), zoör (Maasbree) onvriendelijk, stuurs, nors, bars [aling, strak, grenniog, stom, bars, stuurs, nors, zuur] [N 87 (1981)] III-3-1
noten afslaan afhouwen: Venlo e.o.  afhauwe (Maasbree), houwen: WLD  hauwe (Maasbree) Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] III-2-3
notenboom notenboom: -  notenboum (Maasbree) okkernoot [DC 17 (1949)] I-7
notendop boest: Venlo e.o.  boos (Maasbree), WLD  boos (Maasbree) De harde huid van een noot (bast, bolster, sloester, schaal, hulster, boost, bluster, boets, schulp, schelp, snoester). [N 82 (1981)] I-7
notulen notulen: notulen (Maasbree) het korte schriftelijke verslag van hetgeen behandeld is in een vergadering [notulen, nouten] [N 90 (1982)] III-3-1
noveen noveen (<lat.): noveen (Maasbree) Een negendaagse godsvruchtoefening, novene, noveen. [N 96B (1989)] III-3-3
nutteloze arbeid verrichten onnodig werk doen: onnuudig werk doon (Maasbree) nutteloze arbeid verrichten [N 85 (1981)] III-1-4
obstakel ongerief: óngerief (Maasbree) iets dat het tot een einde brengen van een handeling in de weg staat [ongerief, mishand] [N 85 (1981)] III-1-4