e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L372p plaats=Maaseik

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
noten noten: (enk)  nū.ǝt (Maaseik) Tapse houten of ijzeren blokjes in de (zeskantige) steenbus van de ligger die met behulp van spieën worden bijgespied. Zie ook afb. 78. De noten (nø̄tǝ) werden volgens de invuller uit l 265 alleen gebruikt in een ijzeren bus voor het bijstellen daarvan. [Vds 120; Jan 131; N O, 16e; N O, 16f; A 42A, 23 add.] II-3
noten afslaan houwen: houwen (Maaseik), slaan: slōēn (Maaseik), toetsen: toetsen (Maaseik) noten afslaan [ZND 36 (1941)] III-2-3
nylonkous kous: kousə (Maaseik) nylonkousen [N 24 (1964)] III-1-3
o.l.v.-hemelvaart onze-lieve-vrouw-hemelvaart: t zelfde  OLVH (Maaseik) Hoe heet bij u de feestdag van O.L.V.-Hemelvaart (15 augustus)? [ZND 17 (1935)] III-3-2
ochtend (vanmorgen ochtend: deze meurgen (Maaseik, ... ) s morgens) [ZND 39 (1942)] III-4-4
oester oester: oeëster (Maaseik) oester [Willems (1885)] III-2-3
oeverzwaluw oeverzwalf: uvərzweͅlf (Maaseik) overzwaluw (12 lichtbruin boven, van onder wit; broedt met vele tegelijk in gaten in een steile zandkant; niet zo algemeen [N 09 (1961)] III-4-1
ogenblikje, korte tijd, eventjes beetje: e bitšə (Maaseik), even: effe (Maaseik), eventjes: effekes (Maaseik) een ogenblikje [ZND 04 (1924)] || even [ZND 34 (1940)] III-4-4
okkernoot noot: noêt (Maaseik) noot I-7
oksaal oksaal: ei schoen oksaal (Maaseik), ein sjoen oksaal (Maaseik) Een schoon (d)oksaal (waar het orgel zich bevindt in de kerk). [ZND 39 (1942)] III-3-3