e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasniel

Overzicht

Gevonden: 3787
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bestendig weer het weer staat vast: et waeͅr sjteit vas (Maasniel), ’t wair sjteit vas(t) (Maasniel) bestendig weer [vaste lucht] [N 22 (1963)] III-4-4
betalen afsnijden: aafsjnieje (Maasniel), betalen: betale (Maasniel), over de brug komen: euver de bruk komme (Maasniel) Betalen, over de brug komen [afschieten?] [N 21 (1963)] || de betaling voor bijv. geleverde goederen [paai] [N 89 (1982)] III-3-1
beteuterd beduusd: beduus (Maasniel), sip: sip (Maasniel) op zijn neus kijkend, erg teleurgesteld zijnd [sip, arig, dreuig, vernepen, suf, onnozel, bedonderd] [N 85 (1981)] || van zijn stuk gebracht, van streek [bedonderd, beteuterd] [N 85 (1981)] III-1-4
betrappen betrappen: betrappe (Maasniel) een dief bij het stelen verrassen [betrappen, attraperen] [N 90 (1982)] III-3-1
betrekken (lucht) toetrekken: de lóg trèk toe (Maasniel), zich toetrekken: de locht trekt (zich) toe (Maasniel) dicht gaan zitten zodat er regen dreigt, gezegd van de lucht [de lucht overtrekt, groeit, belommert] [N 22 (1963)] III-4-4
betten van een wonde betten: bette (Maasniel) lessen: Een wonde betten (lessen, betten). [N 84 (1981)] III-1-2
beugelen beugelen: beugele (Maasniel) Het balspel waarbij een bal door een ijzeren ring, beugel geslagen moet worden [beugelen, klossen, kolven]. [N 88 (1982)] III-3-2
beugelring poort: port (Maasniel) De ijzeren ring van de beugelbaan [beugel, poort, ring]. [N 88 (1982)] III-3-2
bevallen kindje krijgen: kiendje kriege (Maasniel) Bevallen: een kind ter wereld brengen (bevallen, vallen, een kindje krijgen, kinderen winnen, omschudden, kopen). [N 84 (1981)] III-2-2
bevel opdracht: ein opdrach (Maasniel, ... ) een opdracht waaraan gehoorzaamd moet worden [bevel, beveel, last, orden] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1