31272 |
smeedhamer, handhamer |
smeedhamel:
smɛjhāmǝl (Q095p Maastricht)
|
In het algemeen een hamer die de smid gebruikt bij het werk aan het aambeeld. De steel van de smeedhamer kan lang of kort zijn. Eén kant van de kop van de hamer, de baan, is doorgaans vlak of enigszins bol uitgevoerd, de andere, de pen, wigvormig. De pen kan in de richting van de steel staan, maar ook dwars ten opzichte van de steel. Zie ook afb. 33. Volgens de invuller uit Q 5 kon iedere hamer als smidshamer worden gebruikt. De zwaarte van de hamer was afhankelijk van het soort werk. Zie voor het woordtype stuikhamer (L 289) ook de toelichting bij het lemma "stuiken". [N 33, 67-68; monogr.]
II-11
|
31281 |
smeedtang |
smeedtang:
smɛjtaŋ (Q095p Maastricht)
|
In het algemeen de tang waarmee tijdens het smeden stukken metaal worden vastgehouden en verplaatst. Om een werkstuk in de bekken van de tang vast te klemmen worden de benen van de smeedtang met behulp van een ring of haak gesloten gehouden. Zie ook het lemma "tangring, tanghaak". Smeedtangen zijn doorgaans van gesmeed ijzer vervaardigd en worden vaak door de smid zelf gemaakt. Zij kunnen dan ook veel verschillende vormen en afmetingen hebben die meestal bepaald worden door de werkstukken die er mee moeten worden vastgehouden. Zie ook afb. 39 en 40. [N 33, 34a-b; N 33, 380; N 66, 24; monogr.]
II-11
|
21136 |
smeer |
karrenvet:
karevet (Q095p Maastricht),
machinesmeer:
masjienesmeer (Q095p Maastricht),
smeer:
smeer (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
smēēr (Q095p Maastricht),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!
səmeer (Q095p Maastricht),
vet:
vèt (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
vét (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht)
|
het smeermiddel dat hoofdzakelijk uit vet bestaat en dat bedoeld is om voertuigen beter te laten lopen [smeer, ruut] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25590 |
smeermiddel |
olie:
ōli (Q095p Maastricht),
slamet:
slǭmęt (Q095p Maastricht),
slaolie:
slǭjōli (Q095p Maastricht),
vet:
vɛt (Q095p Maastricht)
|
Het smeermiddel waarmee blik, plaat of vorm worden ingevet. In N 29, 38b werd gevraagd naar het middel waarmee men invette. Deze vraag is dubbelzinnig opgevat. Een aantal informanten geeft een benaming of voor een bepaalde vaste of vloeibare smeerstof op. Een ander aantal noemt het werktuig waarmee de smeerstof uitgesmeerd wordt. Op grond hiervan zijn de opgaven van N 29, 38 verdeeld over twee lemmata. [N 29, 38b]
II-1
|
18978 |
smeerpoes |
drekbeer:
drekbeer (Q095p Maastricht),
onnut:
oonnöt (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
ónnöt (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
slons:
sloons (Q095p Maastricht),
smeerkanis:
smeerkanis (Q095p Maastricht),
vetdirk:
vètdèrrek (Q095p Maastricht),
vetkanis:
vetkanis (Q095p Maastricht),
vetkees:
vetkees (Q095p Maastricht),
vieszak:
vieszak (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
viezerik:
vijzerik (Q095p Maastricht),
vuilak:
voelak (Q095p Maastricht),
voulak (Q095p Maastricht),
vuijlāk (Q095p Maastricht),
vuilak (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
vuillak (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
vujlàk (Q095p Maastricht),
vuilerik:
voelerik (Q095p Maastricht),
voulerik (Q095p Maastricht),
vuilpoes:
voelpoes (Q095p Maastricht)
|
iemand die er altijd vuil en onverzorgd uitziet [smeerpoes, vuillak, vetkees] [N 85 (1981)] || onnut, smeerpoes || vuilpoes, smeerpoes
III-1-4
|
24701 |
smeerwortel |
smeerwortel:
? Gezeefd uit vraag naar heemst.
smeerwortel (Q095p Maastricht)
|
smeerwortel [DC 52 (1977)]
III-4-3
|
19073 |
smeken |
bedelen:
bedelle (Q095p Maastricht),
bidden:
beije (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
beijə (Q095p Maastricht),
bidden en smeken:
ps. ik weet niet precies of invuller dit als 1 antwoord bedoelt?!
beijə en smeikə (Q095p Maastricht),
smeken:
sjmeekə (Q095p Maastricht),
smeekə (Q095p Maastricht),
smeike (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
smeikə (Q095p Maastricht),
smeke (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
smeken en bidden:
ps. ik weet niet precies of invuller dit als 1 antwoord bedoelt?!
smeke en beije (Q095p Maastricht),
smekend vragen:
smekend vräöge (Q095p Maastricht)
|
nederig en dringend vragen [permitteren, pernegracie, spelen, bidden, smeken] [N 85 (1981)] || smeken
III-1-4, III-3-1
|
19421 |
smeulen |
gloeien:
gleuie (Q095p Maastricht),
gleuje (Q095p Maastricht),
gleujend (Q095p Maastricht),
kolen:
et ka͂ölt ōnder de as (Q095p Maastricht),
käöle (Q095p Maastricht),
smeulen:
smeule (Q095p Maastricht),
smeulen (Q095p Maastricht),
smø̄lt (Q095p Maastricht),
snerken:
Ruukstieg niks? dao snèrrek get Pas op, de snèrreks d¯n brook, este zoe kort biij de kachel steit
snèrreke (Q095p Maastricht)
|
gloeien || Hoe zegt ge wanneer iets brandt zonder vlam ? Het ... onder de as [ZND 42 (1943)] || smeulen [ZND 06 (1924)] || snerken || Zacht, langzaam branden zonder vlammen (smeulen, gloeien, veunzen, vrenzen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
27252 |
smid |
smid:
smē.t (Q095p Maastricht
[(mv sm ̇ęj)]
),
smēt (Q095p Maastricht
[(mv smɛj)]
)
|
In het algemeen een handwerksman die metaal, meestal ijzer, met behulp van hamers en andere gereedschappen bewerkt om er werktuigen of andere voorwerpen van te vervaardigen. Doorgaans wordt het metaal voor de verwerking in de smidsvuurhaard verhit en vervolgens op het aambeeld met behulp van smeedhamers in een bepaalde vorm gesmeed. Het woordtype vlammer (Q 113) is een afleiding van het werkwoord vlammen (vlɛmǝ) dat onder meer "slaan" kan betekenen. Vgl. ook RhWb II, kol. 548 s.v. Flammer, "Schmied".' [Wi 6; S 33; L 6, 78; L 8, 99; Weijnen BN 4, 6; N 33, 1a-b; monogr.]
II-11
|
31248 |
smidsas |
assen:
asǝ (Q095p Maastricht)
|
De as van het smidsvuur. Kluitendrek is volgens het Kerkraads Woordenboek (pag. 156) de as van klompen kolengruis, vermengd met leem of van bruinkoolbriketten. [N 33, 30]
II-11
|