e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Margraten

Overzicht

Gevonden: 1565
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pantoffel pantoffel: pantoefele (Margraten) Pantoffel. Thuis dragen veel mensen in plaats van schoenen pantoffels of muilen. De eerste hebben wel, de andere geen opstaande achterkant. Hoe noemt men in uw dialect die met een opstaande achterkant? [DC 44 (1969)] III-1-3
pap pap: pap (Margraten, ... ) pap [DC 35 (1963)] || Pap, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
paraplu paraplu: ook perpluuj  perrepluuj (Margraten) paraplu [N 23 (1964)] III-1-3
pasteitje vid-tje: fiedeeke (Margraten) Klein pasteitje, de niet gevulde vorm van deeg (viedeeke?) [N 16 (1962)] III-2-3
pastoor pastoor (<lat.): pəsjtu.ər (Margraten) pastoor [RND] III-3-3
patates frites frieten: friete (Margraten, ... ), frites: frittes (Margraten) de staafjes aardappel die in vet gebakken en ook wel in zakjes verkocht worden? [DC 46 (1971)] || Patates frites (friet, petat?) [N 16 (1962)] III-2-3
pater pater (lat.): pa:tər (Margraten) pater [RND] III-3-3
peetoom peter: péétər (Margraten, ... ), peternonk: péétərnóngk (Margraten, ... ) peetoom (de oom naar wien iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] || peter (de man, wiens naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] III-2-2
peettante paat: paat (Margraten, ... ) meter (de vrouw, die het kind ten doop houdt en wier naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] || peettante (de tante naar wie iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] III-2-2
peper peper: peper (Margraten) peper [DC 03 (1934)] III-2-3