19080 |
dienst |
dienst:
dins (Q204a Mechelen)
|
dienst [SGV (1914)]
III-1-4
|
32690 |
diep |
diep:
dēp (Q204a Mechelen)
|
In dit lemma worden de plaatselijke varianten gegeven van het woord diep, voorzover dat - evenals de termen voor het tegengestelde begrip (zie het lemma ondiep) - gebruikt wordt of kan worden in verbinding met een werkwoord voor "ploegen". Voor het begrip "diep ploegen (vóór het zaaien)" kent men in bepaalde streken een speciale term waarin het woord diep niet voorkomt. Daarvoor zie men het volgende lemma [JG 1a + 1b; N 11, 39 + 42b + 46; N 11A, 107a + 108a; L 23, 8a; A 20, 1b; A 27, 24b; monogr.]
I-1
|
24300 |
dier, beest |
dier:
deer (Q204a Mechelen)
|
dier [SGV (1914)]
III-4-2
|
17676 |
dij |
bats:
bats (Q204a Mechelen),
batse (Q204a Mechelen),
dik van het been:
dik va e bee (Q204a Mechelen),
dík vàn t bé: (Q204a Mechelen)
|
dij [SGV (1914)] || dij - welk gedeelte van het lichaam wordt er mee bedoeld? [DC 01 (1931)] || dijen [SGV (1914)]
III-1-1
|
20714 |
dikke boterham |
dik van leer:
dik van leer (Q204a Mechelen),
knab:
Syst. WBD
knàp (Q204a Mechelen)
|
Een dikke boterham (sjmouer, sjmouel?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
33903 |
dikke hakken |
dikke hakken:
dikǝ hakǝ (Q204a Mechelen)
|
Verdikking aan de achterkant van het spronggewricht tengevolge van vochtophoping, die kan ontstaan door trappen, stoten of slaan tegen harde voorwerpen. Het is duidelijk merkbaar als men het achterbeen van opzij bekijkt. Zie afbeelding 17 en 18. [N 8, 90d, 90e, 90f, 90h en 90j; monogr.]
I-9
|
20632 |
dikke snee brood |
feik:
’n feik (Q204a Mechelen),
knab:
Syst. WBD
knàp (Q204a Mechelen)
|
Een dikke snee (haacht, hawiejk, wiejk, pil, stuut, hiejs?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
18688 |
dikke want |
pijenhaas:
pieje hééjsche (Q204a Mechelen),
pijhaas:
pie heesje (Q204a Mechelen)
|
wanten, dikke ~, gemaakt van grove (wollen) stof [pieje, piejhesje] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18684 |
dikke wollen sjaal |
wollen sjaal:
wölleschal (Q204a Mechelen),
wollen sjerp:
wöllesjèrrep (Q204a Mechelen)
|
das, dikke wollen (winter)~ [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18266 |
dikke, warme mantel |
paletot (fr.):
palto (Q204a Mechelen),
wintermantel:
wintermantel (Q204a Mechelen, ...
Q204a Mechelen)
|
damesmantel, warme ~ [windvanger, kabang] [N 23 (1964)]
III-1-3
|