e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meeswijk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vals vals: và.ls (Meeswijk) vals III-1-4
vals spel foetelarij: Afl. sub foetelen.  foetelarij (Meeswijk), gefoetel: Afl. sub foetelen.  gefoetel (Meeswijk) [Vals spel]. III-3-2
vals spelen foetelen: De Bont, pag. 183.  futələ (Meeswijk), pfuschen (du.): Rh. Wb. futschen of fuschen: sich unredlicher Mittel bedienen.  fotšə (Meeswijk) Foetelen: bedriegen, oneerlijk zijn in t spel. || Fotsjen: Knoeien, bedriegen. III-3-2
valsspeler foetelaar: Afl. sub foetelen.  foetelaar (Meeswijk) [Valsspeler]. III-3-2
van veren wisselen ruizelen: ry.zǝlǝ (Meeswijk), ryzǝlǝ (Meeswijk), rȳzǝlǝn (Meeswijk) [N 19, 51; L 6, 20; L 42, 5; L 48, 10; A 26, 8; Lu 2, 10; Lu 4, 8; S 30; JG 1a, 1b, 2a-2, 12, 2c; monogr.] I-12
vangplooi vlim: vlēm (Meeswijk) Huidplooi tussen lies en uier. [N 3A, 115] I-11
varen (alg.) varen: filicinae  vārə (Meeswijk) varen III-4-3
variant van krijgertje spelen: doorlopertje doorsnijden: dōərsnejə (Meeswijk) Doorsnijden: 2. Kinderspel waarbij men zolang achter een bepaalde medespeler loopt om hem te vangen, tot een andere speler tussen vanger en vluchter doorloopt; vanaf dat ogenblik moet de vanger degene die "doorgesneden"heeft trachten te vangen. III-3-2
varken varken: vɛ.rǝkǝ (Meeswijk) Bedoeld wordt een varken in het algemeen, niet geslachtelijk of naar leeftijd onderscheiden. [N 19, 1; N M, 7; N C; N C, add.; RND 46 en 84; L 8, 19; L 8, 32; L mon.; S 39; JG 1a, 1b, 2c add.; R (s] I-12
varken van acht tot twaalf weken scheut: šȳǝ.t (Meeswijk) De benamingen duiden doorgaans op een big van acht tot twaalf weken. Het gewicht van dit varken varieert van ongeveer 30 kg tot ongeveer 50 kg. [N 19, 4a; N 76, 3c; N C, 9c; JG 1a, 1b, 2c; L 37, 49b; L 37, 49e; L 3, 2b; L 1a-m; A 4, 4b; Gwn; monogr.; N C, add.; N 19, Q 111 add.] I-12