e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
sjalot jung: eigen spellingsysteem  jung (Meijel), junj (Meijel), sjalot: sjəlòt (Meijel), eigen spellingsysteem  sjalot (Meijel), eigen spellingsysteem ook wel  sjalot (Meijel), Nijmeegs (WBD)  sjəlót (Meijel), oude spellingsysteem  sjalotten (Meijel), sjarlot: šərloͅtə (Meijel) Een sjalot, een soort van kleine ui (sjalot, sjarlot, schaloeneke). [N 82 (1981)] || Hoe noemt u: de sjalot (allium ascalonicum - fam. liliaceae) [N 71 (1975)] I-7
sjees sjees: šiǝs (Meijel), sjees (<fr.): sjees (Meijel), sjîes (Meijel), sjeesje: šiǝskǝ (Meijel) een licht, hoog tweewielig rijtuig met een kap [sjees] [N 90 (1982)] || Licht en hoog tweewielig rijtuigje voor twee personen met een verstelbare kap. Er is geen aparte bok voor de koetsier. De sjees was voor rijke boeren vaak het voertuig waarmee ze onder meer naar de kerk of naar de stad gingen. De sjees is het bekendste tweewielige rijtuig, vandaar dat de benaming "sjees" ook wel vermeld werd als naam voor het tweewielig rijtuig in het algemeen. [N 17, 5; N 101, 1, 3, 4, 8, 15; N G, 51; L 1a-m; L 36, 70; S 18, 30; monogr] I-13, III-3-1
sjoelbak sjoelbak: sjoelbak (Meijel) Het spel waarbij gebruik gemaakt wordt van een lange bak, aan het ene eind open en met aan het andere eind vakjes waarin schijven schuivend geworpen moeten worden [sjoelbakken, sjoelen, bakken]. [N 88 (1982)] III-3-2
sjoelen sjoelen: sjulə (Meijel) Het spel waarbij gebruik gemaakt wordt van een lange bak, aan het ene eind open en met aan het andere eind vakjes waarin schijven schuivend geworpen moeten worden [sjoelbakken, sjoelen, bakken]. [N 88 (1982)] III-3-2
sla, algemeen salade: slaaj (Meijel) Hoe noemt u: sla in het algemeen [N 71 (1975)] I-7
slaan slaan: bont ɛn blòu gəslāgə (Meijel), slo ou òm ou òrə (Meijel), slò:ə (Meijel) bont en blauw geslagen [RND] || ik sla je (met de potlepel) om je oren [DC 03 (1934)] || slaan [DC 02 (1932)] III-1-2
slaan met de zicht houwen: hǫu̯ǝ (Meijel) De slaande beweging maken met de zicht. Zeer vaak werd voor deze vraag dezelfde opgave gegeven als voor de algemene vraag "maaien met de zicht". Hier zijn alleen de opgaven opgenomen die niet identiek zijn met de vragen "inkappen" of algemeen "maaien met de zicht". Zie ook de toelichting bij het vorige lemma ''maaien met de zicht'' (4.2.1). [N 15, 16f; monogr.] I-4
slaap slaap: slaap (Meijel), slaop (Meijel, ... ) Slaap: de behoefte aan volkomen rust van de zintuigen en het bewust zijn (slaap, vaak). [N 84 (1981)] III-1-2
slaapbol klaproos: klaproës (Meijel) Papaver somniferum L. [DC 48 (1973)] III-4-3
slaapmuts slaapmuts: slaapmuts (Meijel), slaopmuts (Meijel) slaapmuts [pietermöts [N 25 (1964)] III-1-3