e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meldert

Overzicht

Gevonden: 1821

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beteuterd verbouwereerd: verbouwəreerd (Meldert), ook materiaal znd 32, 67  vərbouwəreerd (Meldert), verwonderd: verwonderd (Meldert), ook materiaal znd 32, 67  vərwondərd (Meldert) beteuterd, onthutst [ZND 01 (1922)] || hij stond beteuterd, onthutst [ZND 32 (1939)] III-1-4
betrappen pakken: pakkə (Meldert) betrappen [ZND 32 (1939)] III-3-1
betten van een wonde wieken: wykə (Meldert) een wonde met warm water baden [ZND 32 (1939)] III-1-2
beuk beukenboom: bø̄əkəbūəm (Meldert), beukennotenboom: bekənø̄təbūəm (Meldert) beuk [ZND m] III-4-3
beurs, overrijp te rijp: te rijp (Meldert) overrijp, murw [ZND 31 (1939)] III-2-3
bevruchten treden: trē̜ǝn (Meldert) Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.] I-12
bewaarplaats van bieten en groenvoer in de stal voederhoek: vui̯ǝrhuk (Meldert) De plaats in de stal waar bieten en groenvoeder worden bewaard voor direct gebruik. De grote voorraad bevindt zich buiten de stal. De in de stal bewaarde hoeveelheid is voldoende voor enkele keren voederen. Sommige woordtypen benoemen niet een specifieke opslagplaats voor bieten en groenvoeder, maar duiden in het algemeen de ruimte aan waarin men dit voeder opslaat. Zie voor de fonetische documentatie van de woorden (voerhuis), (voederij), (voerij) en (voerderij) het lemma "voorstal, voedergang" (2.2.5). [N 5A, 34c] I-6
bewolkte lucht bewolkte lucht: bəwolktə loext (Meldert, ... ) bewolkt [ZND 32 (1939)] III-4-4
bezem bessem: bɛsǝm (Meldert), bezem: beͅsəm (Meldert), bɛsəm (Meldert, ... ) bezem [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)], [ZND A1 (1940sq)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4, III-2-1
bezemsteel steel: stēͅəl (Meldert) bezemsteel [RND] III-2-1