21288 |
melkboer |
melkboer:
mɛləkbu.r (L209p Merselo)
|
melkboer [RND]
III-3-1
|
19514 |
melkkannetje |
romekannetje:
roeëmekenneke (L209p Merselo)
|
melkkannetje
III-2-1
|
34568 |
melkkar |
romekar:
ruǝmǝkar (L209p Merselo)
|
Kar om melkbussen van meerdere boeren van en naar de fabriek te brengen. Het was meestal een lange kar met een groot bodemoppervlak en lage zij-, voor- en achterplanken. [N 17, 15; N G 51; monogr.]
I-13
|
34227 |
melkstoeltje |
melkstoel:
mɛlkstūl (L209p Merselo)
|
Houten krukje met drie of vier poten waarop men zit bij het melken van de koeien. Zie afbeelding 10. [A 9, 13; A 42, 18a; JG 1d; monogr.]
I-11
|
19930 |
melkzeef |
melkzij:
mɛlǝkzēi̯ (L209p Merselo)
|
Voorwerp waarmee men melk zeeft. Het is een soort vergiet met als bodem een doek. De melk wordt uit de melkemmer via deze melkzeef in de melkbus gegoten. Hierdoor blijven grove verontreinigingen achter. Zie afbeelding 11. [A 18, 11a; L 48, 35.Ia; Lu 2, 35.Ia; Gwn 8, 6; JG 1d; monogr.]
I-11
|
33072 |
menneke, binnenste deel van het hok |
kruis:
krys (L209p Merselo),
vork:
vø̜rǝk (L209p Merselo)
|
Het groepje van boven aaneengebonden schoven die in het midden van een hok staan. Kruis heeft wel betrekking op de werkwijze de middelste vier schoven, waar de andere schoven omheen staan, in een kruisvorm te zetten. Deze vier schoven worden niet overal aan elkaar gebonden. Zie afbeelding 7. [N 15, 32a; JG 1d, 2d; Goossens 1963, krt. 37; monogr.]
I-4
|
20149 |
mens (alg.) |
mens:
ook voor man en vrouw; men bedoelt er niets bijzonders mee, alleen maar vrouw: het meens is erg ziek; het is een goed meens; wat een meens toch
meens (L209p Merselo),
ook voor man en vrouw; zowel geringachting als sympathiek medelijden
mins (L209p Merselo)
|
mens; wordt mensch gebruikt in de betekenis van man? Spreekt een vrouw b.v. van mn mensch?, wanneer ze haar man bedoelt? Komt het mensch voor in de betekenis van vrouw? En bedoelt men met die zegswijze alleen geringachting of ook sympathiek medelijden? [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
20470 |
menstruatie |
kermis:
de kermes (L209p Merselo),
verandering:
verândering (L209p Merselo)
|
menstruatieperiode
III-2-2
|
20471 |
menstrueren |
de week hebben:
de waek hebbe (L209p Merselo)
|
menstruatieperiode
III-2-2
|
24212 |
merel |
merling:
merling (L209p Merselo),
mĕrling (L209p Merselo),
turdus merula
merling (L209p Merselo)
|
Hoe heet de merel? [DC 06 (1938)] || merel [SGV (1914)]
III-4-1
|