19784 |
hond |
hond:
ho.ntj (L382p Montfort),
hondj (L382p Montfort),
hó.ntj (L382p Montfort)
|
hond [SGV (1914)]
III-2-1
|
19782 |
hondenhok |
hondskooi:
honsjköj (L382p Montfort)
|
hondenhok [DC 10 (1941)]
III-2-1
|
24687 |
hondsdraf |
duivelsnaaigaren:
WLD
duuvels naeij gare (L382p Montfort)
|
Hondsdraf (glechoma hederacea 20 tot 60 cm groot. De stengels zijn kruipend met opgerichte, bloeiende takken; de bladeren zijn rond of niervormig met een hartvormige voet, de bladrand is gekarteld; de bloemen groeien in kransen in de bladoksels, blauwpa [N 92 (1982)]
III-4-3
|
24622 |
hondsviooltje |
hondsblein:
WLD
honds blein (L382p Montfort)
|
Hondsviooltje, 5 tot 35 cm groot. De stengels zijn liggend of opstijgend; de bladeren alleen aan de stengels, en hebben ongevleugelde stelen. De bladeren zijn eivormig-langwerpig, meestal met hartvormige voet; de steunblaadjes zijn klein en getand; de blo [N 92 (1982)]
III-4-3
|
20614 |
honger hebben |
appetijt hebben:
appetīēt höbbe (L382p Montfort),
honger hebben:
hónger höbbe (L382p Montfort)
|
honger hebben [schrok hebbe] [N 10 (1961)]
III-2-3
|
20623 |
hongerig |
hongerig:
hungerig (L382p Montfort)
|
hongerig [greeg] [N 10 (1961)]
III-2-3
|
21043 |
honing |
honing:
honeŋ (L382p Montfort)
|
Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.]
II-6
|
28667 |
honingdrank |
mede:
męj (L382p Montfort)
|
Na de verwijdering van de honing uit de raten houdt men ruwe was over die gezuiverd wordt met water. De gegiste honing- en wateroplossing wordt dan mee of mede, honingdrank genoemd. [N 63, 120a; R 3, 45; Ge 37, 148; JG 2b-5, add.; monogr.]
II-6
|
25315 |
hont, maat van 196 vierkante meter of 14 roeden |
hond:
hontj (L382p Montfort)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 196 vierkante meter, dat is 14 roeden (zie vraag 111) [hont] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
17570 |
hoofd |
hoofd:
huijd (L382p Montfort),
höt (L382p Montfort)
|
[N 10 (1961)]hoofd [SGV (1914)]
III-1-1
|