e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kerststal kerststal: kersstal (Montfort), kerststal (Montfort) Een kerststal. [N 96C (1989)] III-3-3
ketelmuziek ketelmuziek: ketelmeziek make (Montfort), ketelmuziek (Montfort, ... ) Het gebruik om een serenade met geïmproviseerde instrumenten te geven aan personen die openbare ergernis geven [tafelen]. [N 88 (1982)] || Het lawaai dat gemaakt wordt met potten, pannen, ketels etc. en dat bij wijze van volksjustitie gemaakt wordt voor de deur van personen die zich misdragen hebben in de ogen van hun dorpsgenoten [blekalbade, belmarkt]. [N 90 (1982)] III-3-2
ketelmuziek maken de ezel aandrijven: den ezel aandrieve (Montfort) Het gebruik om een serenade met geïmproviseerde instrumenten te geven aan personen die openbare ergernis geven [tafelen]. [N 88 (1982)] III-3-2
keuken keuken: kø&#x0304kə (Montfort) keuken III-2-1
keus keus: de keus (Montfort), keus (Montfort) het kiezen, de mogelijkheid om te kiezen [keus, keur] [N 85 (1981)] III-1-4
kever, tor kever: kèver (Montfort), keverd: kaevert (Montfort) kever [SGV (1914)] || tor [SGV (1914)] III-4-2
kibbelen kibbelen: kibbele (Montfort), kibbələ (Montfort), stechelen: stechelen (Montfort), stèggələ (Montfort) het niet eens zijn en ruzie maken over kleinigheden, door wederzijds gebrek aan inschikkelijkheid vooral gezegd van kinderen [stechelen, sechelen, aantelen, akkenaaien, naarswaar-zen, grendelen, stensen, keken, kibbelen] [N 85 (1981)] || kibbelen [SGV (1914)] III-3-1
kiekendief kuikendief: kuukedeef (Montfort) kiekendief III-4-1
kiel kiel: keel (Montfort), stoepje: stiepke (Montfort) Hoe noemt men de (korte) werkjas? [DC 09 (1940)] || kiel [SGV (1914)] III-1-3
kiem keen: de keen (Montfort), kiem: WLD  kiem (Montfort), scheut: Duitsche sch  scheut (Montfort) De in het rijpe zaad ingesloten aanleg tot een nieuwe plant (kiem, scheut). [N 82 (1981)] || scheut [SGV (1914)] III-4-3