e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitgegraven dennenwortel knor: knǭr (Montfort) [R 3, 3; L B2, 344] I-8
uitgestort zaad van de hengst sprongen: šprøŋk (Montfort) [N 8, 48 en 49] I-9
uitgeteld zijn uitgeteld zijn: (de koe is) ūtgǝtɛltj (Montfort) De koe staat op het punt te gaan kalven. [N 3A, 43] I-11
uitgieten schenken: schenken (Montfort), sjinkə (Montfort), uitgooien: oetgoojə (Montfort) een vloeistof al gietende doen vloeien uit een kan, fles etc. [storten, plassen, klassen, schenken, uitgieten] [N 91 (1982)] III-4-4
uitglijden uitlitsen: oetlitse (Montfort) uitglijden [ötschampe, uitslibbere, uitschuive] [N 10 (1961)] III-1-2
uithoren ontfutselen: ontfutsələ (Montfort), uithoren: oetheuren (Montfort), oetheurə (Montfort), uitvissen: oetvisse (Montfort) door vragen van iemand proberen te weten te komen wat hij voelt, uithoren [horken, funteren, tintelen, uithoren, uithorken] [N 87 (1981)] || uitvorschen [SGV (1914)] III-3-1
uitleg beduid: bediedj (Montfort), uitleg: oetlik (Montfort) het verklaren, uitleggen [uitleg, bedied, bedietsel] [N 85 (1981)] III-3-1
uitleggen beduiden: beduuje (Montfort), uitleggen: oetlikkə (Montfort) duidelijk maken, uitleggen [uitduiden, uitbeduiden] [N 85 (1981)] III-3-1
uitnodigen noden: neujen (Montfort), uitnodigen: oetneudigə (Montfort) iemand verzoeken bij iemand op bezoek te komen, een feest bij te wonen etc. [verzoeken, noden, bidden, uitnoden, kwelen] [N 87 (1981)] III-3-1
uitpersen van de baarmoeder, prolapsus uteri alles uitgooien: alǝs ūtgōi̯ǝ (Montfort) Het uitzakken van de baarmoeder veroorzaakt door de naweeën of door het gewicht van de vruchtvliezen. In tegenstelling tot een prolapsus vaginae doet zich de prolapsus uteri altijd voor na een baring. [N 52, 4; A 48A, 8; N 3A, 97; N 52, 30a; monogr.] I-11