| 21743 |
wapen |
wapen:
waope (L382p Montfort),
waopə (L382p Montfort)
|
een voorwerp dat bestemd is om iemand letsel toe te brengen of zich ermee te verdedigen [wapen, wapie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21741 |
wapenschild |
schild:
schild (L382p Montfort),
vaan:
vaan (L382p Montfort),
vaandel:
vaandel (L382p Montfort)
|
een bord waarop een wapen [bijv. van een legeronderdeel] geschilderd is [schild, wapie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 24575 |
warkruid |
winde:
-
winj (L382p Montfort),
wrang:
WLD
wrang (L382p Montfort)
|
groot warkruid [DC 60a (1985)] || Warkruid (cuscuta europaea 30 tot 140 cm grote plant. Eenjarige windende woekerplant zonder bladgroen; de stengels zijn dun, met zuignapjes, vaak rood van kleur; de bladeren zijn schubvormig; de bloemen groeien in kleine, dichte hoofdjes en zijn klokvor [N 92 (1982)]
III-4-3
|
| 25204 |
warm weerx |
warm (weer):
werm (L382p Montfort),
wêrm (L382p Montfort),
w‧erm (L382p Montfort),
zwoel (weer):
zwoel (L382p Montfort)
|
warm [SGV (1914)] || warm, gezegd van het weer [smoel] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 19717 |
was |
was:
was (L382p Montfort)
|
wasch [SGV (1914)]
III-2-1
|
| 19714 |
wasbord |
wasbred:
wasbrèd (L382p Montfort),
wasplank:
was bret (L382p Montfort)
|
de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)]
III-2-1
|
| 23597 |
wasdraad |
spintje:
spintje (L382p Montfort)
|
De in was gedrenkte draad, gebruikt om kaarsen aan te steken [spintlicht?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 19658 |
wasgoed |
gedroogde was:
Note v.d. invuller: Er is geen specifiek woord voor. Wel spreekt men wel als pars pao toto van \'t lie.vendj (= het lijfgoed).
gedr‧uegdje was (L382p Montfort)
|
Hoe noemt u het pas gewassen en gedroogd wasgoed? [N105 (2000)]
III-2-1
|
| 23443 |
wastafeltje in de sacristie |
fonteintje:
fonteintje (L382p Montfort)
|
Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 34173 |
waterblaas |
waterblaas:
wātǝrblǭs (L382p Montfort)
|
De eerste met vocht gevulde blaas die de weg baant voor het kalf. [N 3A, 52a]
I-11
|